Spring naar content
Volledige beschrijving geselecteerd orgel
Foto: WRK Orgelbau.

Foto: WRK Orgelbau

München, Deutschland (Bayern) - Katholische Pfarrkirche Sankt Pius (Berg am Laim)
Gemeente: München
Streek:Oberbayern
Adres: Piusstraße 11, 81671, München
Website: http://www.piuskirche.de/

Beschrijving nr.: 2027949.

Gebouwd door: Münchner Orgelbau WRK (1979)
Het orgel bevat ouder materiaal: Pijpwerk uit 1936 van Albert Moser, Pijpwerk uit 1957 van Guido Nenninger

JaarOrgelbouwerOpusActiviteit
1936 Albert Moser  nieuwbouw
1957 Guido Nenninger  nieuwbouw
1972 Builder unknown  uitbreiding
1979 Münchner Orgelbau WRK  nieuwbouw

  • De Sankt Piuskirche in München werd in 1932 gebouwd. De firma Albert Moser bouwde hierna een groot orgel voor de kerk. Richard Berndl was adviseur bij de bouw. Op 21 mei 1936 werd het orgel ingewijd. In 1943 werd de kerk getroffen door bombardementen, waardoor het orgel zeer zwaar beschadigd raakte. In de jaren 1955-1957 werd door Guido Nenninger een nieuw orgel gebouwd, met gebruikmaking van al het nog bruikbare materiaal van Moser. Dit nieuwe orgel met 38 registers, drie manualen en pedaal kon op 2 juni 1957 worden gewijd. In 1971/1972 is het orgel uitgebreid met een positief in de balustrade. Er werd een nieuwe vierklaviers speeltafel geplaatst.
  • In 1976 werd gestart met een ingrijpende herbouw van het orgel door de firma Münchner Orgelbau WRK. Het orgel werd in feite nieuw gebouwd, met een nieuwe orgelkas, mechanieken en windvoorziening. Het pijpwerk is wel grotendeels overgenomen uit het oude orgel. Op 30 juni 1979 kon het orgel worden gewijd. Karl Maureen gaf het inauguratieconcert.

Technische gegevens
Aantal registers per werk
- Hauptwerk11
- Oberwerk10
- Schwellwerk10
- Positiv8
- Pedal10
Totaal aantal stemmen49
ToetstractuurMechanisch
RegistertractuurElectrisch
Windlade(n)Sleepladen

Dispositie
Hauptwerk (C-g'''): Prinzipal 16', Prinzipal 8', Koppelflöte 8', Gemshorn 8', Oktave 4', Kupferflöte 4', Nasatquinte 2 2/3', Schwiegel 2', Mixtur Major 4-6 fach (2'), Mixtur Minor 3-4 fach (1'), Trompete 8'.
Oberwerk (C-g'''): Gedeckt 8', Quintade 8', Violflöte 8', Prinzipal 4', Rohrflöte 4', Flachflöte 2', Quinte 1 1/3', Oktävlein 1', Zimbel 3 fach (1/3'), Krummhorn 8', Tremulant.
Schwellwerk (C-g'''): Rohrflöte 8', Hornflöte 8', Weidenpfeife 8', Schwebung 8', Prinzipal 4', Spillpfeife 4', Sesquialter 2 fach (2 2/3'+1 3/5'), Glöckleinton 2 fach (2'+1'), Scharff 3-4 fach (1'), Oboe 8', Tremulant.
Positiv (C-g'''): Gedeckt 8', Oktave 4', Spitzflöte 4', Prinzipal 2', Terzian 2 fach (1 3/5'+1 1/3'), Mixtur 4-5 fach (1 1/3'), Rankett 16', Clairon 4', Tremulant.
Pedal (C-g'): Prinzipalbass 16', Subbass 16', Stillgedackt 16', Oktavbass 8', Gedecktbass 8', Choralbass 4', Weitpfeife 4', Rauschbass 5 fach (4'), Posaune 16', Basson 8'.
Koppelingen: Hauptwerk - Oberwerk, Hauptwerk - Schwellwerk, Hauptwerk - Positiv, Oberwerk - Schwellwerk, Oberwerk - Positiv, Schwellwerk - Positiv, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Oberwerk, Pedal - Schwellwerk, Pedal - Positiv.
Speelhulpen: 3 freie Kombinationen 3', Walze.

Literatuur Die Orgel von St. Pius, München / Franz Metz. - München : Edition Süd-Ost, 2013.