Volledige beschrijving geselecteerd orgel
Foto: Lothar D. Zickermann
Greifswald, Deutschland (Mecklenburg-Vorpommern) - Domkirche Sankt Nikolai
Gemeente: Greifswald
Streek:Vorpommern
Adres: Domstraße 54, 17489, Greifswald
Website: http://www.dom-greifswald.de/
Beschrijving nr.: 2027667.
Gebouwd door: Jehmlich Orgelbau (1988)
Het orgel bevat ouder materiaal: Orgelkas en pijpwerk uit 1832 van Carl August Buchholz
In de jaren 1831-1832 bouwde Carl August Buchholz een drieklaviers orgel voor de dom van Greifswald. Het werd geplaatst in een neogotisch orgelkas, ontworpen door Johann Gottlieb Giese. Op 18 juli 1832 is het orgel in gebruik genomen. F.A. Mehmel breidde het orgel in 1868 uit met een Äoline 8' op het Schwellwerk en wijzigde de intonatie. Grüneberg bouwde in 1871 een barkermachine in. Het orgel is daarna in 1937-1938 verbouwd door de firma Kemper, die de dispositie ingrijpende wijzigde. Het orgel raakte na de Tweede Wereldoorlog in verval. In de jaren 1987-1988 bouwde de firma Jehmlich een nieuw orgel in de oude orgelkas, gebruik makend van veertien registers van Buchholz die bewaard waren gebleven.
Technische gegevens
Dispositie
Hauptwerk (C-g'''): Prinzipal 16', Prinzipal 8', Rohrflöte 8' - 1832, Gemshorn 8' - 1832, Oktave 4' - 1832, Spitzflöte 4' - 1832, Quinte 2 2/3' - 1832, Superoktave 2' - 1832, Cornett 5 fach (8') (from a), Mixtur 4 fach, Mixtur 6 fach, Trompete 16', Trompete 8', Tremulant.
Unterwerk (Positiv) (C-g'''): Praestant 8', Gedackt 8' - 1832, Quintadena 8', Prinzipal 4', Gemshorn 4' - 1832, Prinzipal 2', Terz 1 3/5', Quinte 1 1/3', Sifflöte 1', Scharffzimbel 3 fach, Dulzian 16', Vox Humana 8', Tremulant.
Oberwerk (Schwellwerk) (C-g'''): Bordun 16', Prinzipal 8', Koppelflöte 8', Salicional 8', Octave 4' - 1832, Rohrflöte 4' - 1832, Waldflöte 2' - 1832, Quintflöte 1 1/3', Sesquialtera 2 fach (2 2/3'), Mixtur 5 fach, Zimbel 3 fach, Trompet Harmonique 8', Schalmei 4'.
Pedal (C-f'): Untersatz 32', Prinzipal 16', Subbaß 16', Oktave 8', Gedackt 8' - 1832, Oktave 4' - 1832, Pommer 4', Choralflöte 2' - 1832, Baßcornett 4 fach, Hintersatz 5 fach, Posaune 16', Trompete 8', Clairon 4'.
Koppelingen: Hauptwerk - Oberwerk, Hauptwerk - Unterwerk, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Unterwerk, Pedal - Oberwerk.
Foto: Lothar D. Zickermann
Greifswald, Deutschland (Mecklenburg-Vorpommern) - Domkirche Sankt Nikolai
Gemeente: Greifswald
Streek:Vorpommern
Adres: Domstraße 54, 17489, Greifswald
Website: http://www.dom-greifswald.de/
Beschrijving nr.: 2027667.
Gebouwd door: Jehmlich Orgelbau (1988)
Het orgel bevat ouder materiaal: Orgelkas en pijpwerk uit 1832 van Carl August Buchholz
| Jaar | Orgelbouwer | Opus | Activiteit | 1832 | Carl August Buchholz | nieuwbouw | 1868 | Friedrich Albert Mehmel | uitbreiding | 1871 | Barnim Grüneberg | diverse werkzaamheden | 1938 | Emanuel Kemper & Sohn | ombouw | 1988 | Jehmlich Orgelbau | nieuwbouw in bestaande kas |
In de jaren 1831-1832 bouwde Carl August Buchholz een drieklaviers orgel voor de dom van Greifswald. Het werd geplaatst in een neogotisch orgelkas, ontworpen door Johann Gottlieb Giese. Op 18 juli 1832 is het orgel in gebruik genomen. F.A. Mehmel breidde het orgel in 1868 uit met een Äoline 8' op het Schwellwerk en wijzigde de intonatie. Grüneberg bouwde in 1871 een barkermachine in. Het orgel is daarna in 1937-1938 verbouwd door de firma Kemper, die de dispositie ingrijpende wijzigde. Het orgel raakte na de Tweede Wereldoorlog in verval. In de jaren 1987-1988 bouwde de firma Jehmlich een nieuw orgel in de oude orgelkas, gebruik makend van veertien registers van Buchholz die bewaard waren gebleven.
Technische gegevens
| Aantal registers per werk | |
| - Hauptwerk | 13 |
| - Unterwerk (Positiv) | 12 |
| - Oberwerk (Schwellwerk) | 13 |
| - Pedal | 13 |
| Totaal aantal stemmen | 51 |
| Toetstractuur | Mechanisch |
| Registertractuur | Mechanisch |
| Windlade(n) | Sleepladen |
Dispositie
Hauptwerk (C-g'''): Prinzipal 16', Prinzipal 8', Rohrflöte 8' - 1832, Gemshorn 8' - 1832, Oktave 4' - 1832, Spitzflöte 4' - 1832, Quinte 2 2/3' - 1832, Superoktave 2' - 1832, Cornett 5 fach (8') (from a), Mixtur 4 fach, Mixtur 6 fach, Trompete 16', Trompete 8', Tremulant.
Unterwerk (Positiv) (C-g'''): Praestant 8', Gedackt 8' - 1832, Quintadena 8', Prinzipal 4', Gemshorn 4' - 1832, Prinzipal 2', Terz 1 3/5', Quinte 1 1/3', Sifflöte 1', Scharffzimbel 3 fach, Dulzian 16', Vox Humana 8', Tremulant.
Oberwerk (Schwellwerk) (C-g'''): Bordun 16', Prinzipal 8', Koppelflöte 8', Salicional 8', Octave 4' - 1832, Rohrflöte 4' - 1832, Waldflöte 2' - 1832, Quintflöte 1 1/3', Sesquialtera 2 fach (2 2/3'), Mixtur 5 fach, Zimbel 3 fach, Trompet Harmonique 8', Schalmei 4'.
Pedal (C-f'): Untersatz 32', Prinzipal 16', Subbaß 16', Oktave 8', Gedackt 8' - 1832, Oktave 4' - 1832, Pommer 4', Choralflöte 2' - 1832, Baßcornett 4 fach, Hintersatz 5 fach, Posaune 16', Trompete 8', Clairon 4'.
Koppelingen: Hauptwerk - Oberwerk, Hauptwerk - Unterwerk, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Unterwerk, Pedal - Oberwerk.
| Overige dispositiegegevens | |
|---|---|
| Verschillende disposities |
De dispositie van Buchholz uit 1832 luidde: Hauptwerk (C-f'''): Principal 16', Principal 8', Gemshorn 8', Rohrflöte 8', Viola da Gamba 8', Nasard 5 1/3', Octava 4', Spitzflöte 4', Quinta 2 2/3', Super Octava 2', Progressio Harmonica 2-5 fach, Trompete 8'. Oberwerk (Schwellwerk) (C-f'''): Bourdon 16', Principal 8', Flauto Dolcis 8', Viola di Gamba 8', Octava 4', Rohrflöte 4', Nasard 2 2/3', Waldflöte 2', Mixtur 3 fach, Fagott 8' (bas), Hautbois 8' (discant). Unterwerk (C-f'''): Prestant 8', Gedact 8', Salizional 8', Gemshorn 4', Fugara 4', Nasard 2 2/3', Flagiolet 2', Vox Angelica 8', Pedal (C-d'): Principal 32', Principal 16', Subbaß 16', Violone 16', Nasard 10 2/3', Bourdon 8', Cello 8', Nasard 5 1/3', Octava 4', Choralflöte 2', Contra Posaune 32', Posaune 16', Fagott 8', Clairon 4', |
| Literatuur |
|
| Opnamen |
|
| Links |
https://de.wikipedia.org/wiki/Dom_St._Nikolai_%28Greifswald%29#Orgel |
 |
 |
 |
 |
 |