Complete description of the selected organ
Rostock, Deutschland (Mecklenburg-Vorpommern) - Sankt Johanniskirche
Municipal: Rostock
Region:Mecklenburg
Address: John-Brinckman-Straße 19, 18055, Rostock
Website: http://www.st-johannis-rostock.de/
Description nr.: 2015946.
Built by: Alexander Schuke (1959) - opus 304
De Johanniskirche in Rostock is gebouwd in de jaren 1949-1950 naar een ontwerp van de architect Otto Bartning. Bij de bouw is gebruik gemaakt van stenen van de in 1942 verwoest Sankt Jakobikirche. Op 17 september 1950 werd de kerk in gebruik genomen. In 1959 bouwde de firma Alexander Schuke een orgel voor de kerk. Adviseur bij de bouw was Hans-Joachim Wagner.
Technical data
Specification
Hauptwerk (C-g'''): Prinzipal 8', Gedackt 8', Oktave 4', Spitzflöte 4', Waldflöte 2', Mixtur 4 fach.
Oberwerk (C-g'''): Koppelflöte 8', Nachthorn 4', Prinzipal 2', Quinte 1 1/3', Sesquialtera 2 fach, Scharf 3 fach, Krummhorn 8', Tremulant.
Pedal (C-f'): Subbaß 16', Hohlflöte 8', Choralbaß 4', Mixtur 5 fach, Posaune 16'.
Couplers: Hauptwerk - Oberwerk, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Oberwerk.
Accessories: Freie Kombination, Tutti.
Other sources
Rostock, Deutschland (Mecklenburg-Vorpommern) - Sankt Johanniskirche
Municipal: Rostock
Region:Mecklenburg
Address: John-Brinckman-Straße 19, 18055, Rostock
Website: http://www.st-johannis-rostock.de/
Description nr.: 2015946.
Built by: Alexander Schuke (1959) - opus 304
De Johanniskirche in Rostock is gebouwd in de jaren 1949-1950 naar een ontwerp van de architect Otto Bartning. Bij de bouw is gebruik gemaakt van stenen van de in 1942 verwoest Sankt Jakobikirche. Op 17 september 1950 werd de kerk in gebruik genomen. In 1959 bouwde de firma Alexander Schuke een orgel voor de kerk. Adviseur bij de bouw was Hans-Joachim Wagner.
Technical data
Number of stops per division | |
- Hauptwerk | 6 |
- Oberwerk | 7 |
- Pedal | 5 |
Total number of stops | 18 |
Key action | Mechanical |
Stop action | Electrical |
Windchest(s) | Slider chests |
Specification
Hauptwerk (C-g'''): Prinzipal 8', Gedackt 8', Oktave 4', Spitzflöte 4', Waldflöte 2', Mixtur 4 fach.
Oberwerk (C-g'''): Koppelflöte 8', Nachthorn 4', Prinzipal 2', Quinte 1 1/3', Sesquialtera 2 fach, Scharf 3 fach, Krummhorn 8', Tremulant.
Pedal (C-f'): Subbaß 16', Hohlflöte 8', Choralbaß 4', Mixtur 5 fach, Posaune 16'.
Couplers: Hauptwerk - Oberwerk, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Oberwerk.
Accessories: Freie Kombination, Tutti.
Literature |
Musik und Kirche 3/1961. |
- Jörg R. Becker