Volledige beschrijving geselecteerd orgel
Gettorf, Deutschland (Schleswig-Holstein) - Evangelisch-Lutherische Kirche Sankt Jürgen
Adres: Pastorengang 15, 24214, Gettorf
Beschrijving nr.: 2015692.
Gebouwd door: Klaus Becker (1974)
Het orgel bevat ouder materiaal: Orgelkas uit 1866 van Marcussen & Søn
Het orgel is in 1948/1949 volledig omgebouwd door Kemper. In 1974 bouwde Klaus Becker een nieuw orgel voor de kerk, waarbij de hoofdwerkkas van Marcussen werd uitgebreid met een rugpositief. Een groot deel van het pijpwerk is bij de herbouw opnieuw gebruikt.
Technische gegevens
Dispositie
Hauptwerk: Gedeckt 16', Prinzipal 8', Hohlflöte 8', Oktave 4', Flöte 4', Quinte 2 2/3', Oktave 2', Sesquialter 2 fach, Mixtur 6 fach, Trompete 8'.
Rückpositiv: Gedeckt 8', Prinzipal 4', Blockflöte 4', Waldflöte 2', Terz 1 3/5', Quinte 1 1/3', Scharf 3 fach, Dulzian 8', Tremulant.
Pedal: Subbaß 16', Prinzipal 8', Gedeckt 8', Oktave 4', Bauernflöte 2', Posaune 16'.
Koppelingen: Hauptwerk - Rückpositiv, PedalPedal - Hauptwerk, PedalPedal - Rückpositiv.
Overige bronnen
Gettorf, Deutschland (Schleswig-Holstein) - Evangelisch-Lutherische Kirche Sankt Jürgen
Adres: Pastorengang 15, 24214, Gettorf
Beschrijving nr.: 2015692.
Gebouwd door: Klaus Becker (1974)
Het orgel bevat ouder materiaal: Orgelkas uit 1866 van Marcussen & Søn
| Jaar | Orgelbouwer | Opus | Activiteit | 1866 | Marcussen & Søn | nieuwbouw | 1949 | Emanuel Kemper & Sohn | ombouw | 1974 | Klaus Becker | nieuwbouw in bestaande kas |
Het orgel is in 1948/1949 volledig omgebouwd door Kemper. In 1974 bouwde Klaus Becker een nieuw orgel voor de kerk, waarbij de hoofdwerkkas van Marcussen werd uitgebreid met een rugpositief. Een groot deel van het pijpwerk is bij de herbouw opnieuw gebruikt.
Technische gegevens
| Aantal registers per werk | |
| - Hauptwerk | 10 |
| - Rückpositiv | 8 |
| - PedalPedal | 6 |
| Totaal aantal stemmen | 24 |
| Toetstractuur | Mechanisch |
| Registertractuur | Mechanisch |
| Windlade(n) | Sleepladen |
Dispositie
Hauptwerk: Gedeckt 16', Prinzipal 8', Hohlflöte 8', Oktave 4', Flöte 4', Quinte 2 2/3', Oktave 2', Sesquialter 2 fach, Mixtur 6 fach, Trompete 8'.
Rückpositiv: Gedeckt 8', Prinzipal 4', Blockflöte 4', Waldflöte 2', Terz 1 3/5', Quinte 1 1/3', Scharf 3 fach, Dulzian 8', Tremulant.
Pedal: Subbaß 16', Prinzipal 8', Gedeckt 8', Oktave 4', Bauernflöte 2', Posaune 16'.
Koppelingen: Hauptwerk - Rückpositiv, PedalPedal - Hauptwerk, PedalPedal - Rückpositiv.
| Overige dispositiegegevens | |
|---|---|
| Verschillende disposities |
De dispositie luidde voor 1974: Hauptwerk: Gedackt 16', Prinzipal 8', Holzflöte 8', Oktave 4', Flöte 4', Quinte 2 2/3', Oktave 2', Rauschpfeife 2 fach, Mixtur 6 fach, Trompete 8'. Oberwerk (in zwelkast): Gedackt 8', Prinzipal 4', Blockflöte 4', Waldflöte 2', Terzian 2 fach, Scharf 5 fach, Oboe 8', Tremulant. Pedal: Subbaß 16', Prinzipal 8', Gedacktbaß 8', Oktave 4', Bauernflöte 2', Posaune 16'. Koppelingen: Hauptwerk - Oberwerk, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Oberwerk. |
| Literatuur |
Musik und Kirche 4/1949. |
- Jörg R. Becker