Spring naar content
Volledige beschrijving geselecteerd orgel
Foto: Anne-Marie Daems. Datering: 25 september 2019.

Foto: Anne-Marie Daems

Hattingen, Deutschland (Nordrhein-Westfalen) - Evangelische Sankt Georgs-Kirche
Gemeente: Hattingen
Streek:Ruhrgebiet
Adres: Kirchplatz, 45525, Hattingen
Website: http://www.stgeorg-hattingen.de/

Beschrijving nr.: 2013003.

Gebouwd door: Christian Rötzel (1830)

JaarOrgelbouwerOpusActiviteit
1830 Christian Rötzel  nieuwbouw
1960 Alfred Raupach  restauratie en uitbreiding
1964 Alfred Raupach  diverse werkzaamheden
1977 Gustav Steinmann  restauratie

In de jaren 1826-1830 bouwde Christian Rötzel een tweeklaviers orgel met vrij pedaal voor de Sankt Georgkirche in Hattingen. In 1917 werden de frontpijpen gevorderd. Deze werden later vervangen door zinken exemplaren. Het instrument is in 1959-1960 door Alfred Raupach gerestaureerd. Het was inmiddels in ernstig verval geraakt. De restauratie was er voornamelijk op gericht het orgel weer bespeelbaar te maken. Verder voegde Raupach een Mixtur toe aan het Hauptwerk en werden er vier nieuwe tongwerken geplaatst. In 1964 plaatste Raupach nieuwe tinnen frontpijpen en hij breidde de omvang van het pedaal uit van C-c' (25 toetsen) naar C-f' (30 toetsen). In 1977 is het orgel grondig gerestaureerd door Gustav Steinmann. Bij deze restauratie is de klaviatuur vernieuwd. Opvallend is de vermelding van de Sankt Georgkirche in het boekje 'Neuzeitlicher Orgelbau' uit 1949, waarin een drieklaviers electro-pneumatisch orgel van Paul Faust wordt genoemd. Dit kan echter niet om hetzelfde orgel gaan. Mogelijk is het een ontwerp geweest, dat nooit is uitgevoerd.

Technische gegevens
Aantal registers per werk
- Hauptwerk14
- Oberwerk10
- Pedal7
Totaal aantal stemmen31
ToetstractuurMechanisch
RegistertractuurMechanisch
Windlade(n)Sleepladen

Dispositie
Hauptwerk (C-f'''): Bordun 16', Prinzipal 8', Gemshorn 8', Bordun 8', Gedackt 8', Viola di Gamba 8', Oktave 4', Flauto Dolce 4', Quinte 2 2/3', Oktave 2', Kornet 4 fach, Mixtur 5 fach - 1960, Fagott 16' - 1960, Trompete 8' - 1960.
Oberwerk (C-f'''): Prinzipal 8', Viola d'Amour 8', Gedackt 8', Oktave 4', Gedacktflöte 4', Flauto Traverse 4', Quinte 2 2/3', Oktave 2', Mixtur 3 fach, Oboe 8' - 1960, Tremulant.
Pedal (C-f'): Subbass 16', Violon 16', Prinzipal 8', Oktave 4', Hintersatz 4 fach - 1960, Posaune 16', Trompete 4' - 1960.
Koppelingen: Hauptwerk - Oberwerk, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Oberwerk.

Overige dispositiegegevens
Verschillende disposities De dispositie van het vermelde Faust-orgel (1942) luidde:
Hauptwerk: Quintade 16', Principal 8', Tubalflöte 8', Gemshorn 8', Oktave 4', Blockflöte 4', Quinte 2 2/3', Principal 2', Nachthorn 2', Kornett 3-5 fach, Mixtur 4-6 fach, Tuba 8', Oboe 8'.
Positiv: Viola Alta 8', Flauto Major 8', Lieblich Gedackt 8', Principal 4', Rohrflöte 4', Nasat 2 2/3', Schwiegel 2', Schweizerpfeife 2', Terz 1 3/5', Quinte 1 1/3', Cymbel 4 fach, Dulcian 16', Krummhorn 8'.
Schwellwerk: Gedacktpommer 16', Principal 8', Grobgedackt 8', Quintade 8', Salicional 8', Schwebung 8', Prästant 4', Nachthorn 4', Quintflöte 2 2/3', Prästant 2', Sifflöte 1', Scharff 3 fach, Fagott 8', Trompete 8', Singend Regal 8', Kopftrompete 4'.
Pedal: Principal 16', Subbaß 16', Stillgedackt 16', Quinte 10 2/3', Oktave 8', Flöte 8', Choralbaß 4', Nachthorn 2', Hintersatz 4 fach, Posaune 16', Dulcian 16' - transmissie, Fagott 8' - transmissie, Kopftrompete 4' - transmissie.
Literatuur Neuzeitlicher Orgelbau / Paul Smets. - Mainz : Rheingold-Verlag, 1949.

Foto: Annemarie Daems.
Foto: Annemarie Daems
Foto: Anne-Marie Daems. Datering: 25 september 2019.
Foto: Anne-Marie Daems