Volledige beschrijving geselecteerd orgel
Bron: Brochure Sankt-Petrikirche Hamburg
Hamburg, Deutschland (Hamburg) - Hauptkirche Sankt Petri
Gemeente: Hamburg
Adres: Bei der Petrikirche, 20095, Hamburg
Website: https://www.sankt-petri.de/
Beschrijving nr.: 2005331.
Gebouwd door: Johann Gottlieb Wolfsteller (1848)
Verwoest (1943)
Kort overzicht van plaatsen waar het orgel heeft gestaan
Technische gegevens
Dispositie
Hauptwerk (C-f'''): Bordun 16', Prinzipal 8', Gemshorn 8', Octave 4', Gemshorn 4', Octave 2', Mixtur 4 fach (2'), Dulzian 16' - 1859, Trompete 8'.
Oberwerk (C-f'''): Gedact 8', Offene Flöte 8', Viola da Gamba 8' - 1859, Prinzipal 4', Offene Flöte 4', Waldflöte 2', Rauschpfeife 2 fach (2'), Dulcian 8', Tremulant.
Schwellwerk (1852) (C-f'''): Gedact 16', Octave 8', Gedact 8', Rohrflöte 8', Quinte 6', Octave 4', Spitzflöte 4', Octave 2', Mixtur 4 fach, Trompete 8', Dulcian 8' - 1859.
Pedal (C-d'): Subbaß 32' - 1852, Prinzipal 16', Subbaß 16', Octave 8', Quinte 6' - 1859, Octave 4', Posaune 32' - 1852, Posaune 16'.
Overige registers: Cymbel-Stern.
Koppelingen: Hauptwerk - Oberwerk - schuifkoppel, Hauptwerk - Schwellwerk - 1852, Oberwerk - Schwellwerk - 1852, Pedal - Hauptwerk.
Bron: Brochure Sankt-Petrikirche Hamburg
Hamburg, Deutschland (Hamburg) - Hauptkirche Sankt Petri
Gemeente: Hamburg
Adres: Bei der Petrikirche, 20095, Hamburg
Website: https://www.sankt-petri.de/
Beschrijving nr.: 2005331.
Gebouwd door: Johann Gottlieb Wolfsteller (1848)
Verwoest (1943)
Jaar | Orgelbouwer | Opus | Activiteit | 1848 | Johann Gottlieb Wolfsteller | nieuwbouw | 1852 | Johann Gottlieb Wolfsteller | uitbreiding | 1859 | Johann Gottlieb Wolfsteller | uitbreiding | Paul Rother | uitbreiding |
- Als gevolg van een grote stadsbrand in 1842 ging de middeleeuwse Sankt-Petrikirche in Hamburg verloren. Na de bouw van een nieuwe kerk naar ontwerp van Alexis de Chateauneuf kreeg Johann Gottlieb Wolfsteller de opdracht voor de bouw van een orgel. Het instrument kreeg bij oplevering in oktober 1848 twee manualen en vrij pedaal met in totaal twintig stemmen. Op het Hauptwerk en het Oberwerk was nog één lege plaats op de lade, op het Pedal was nog ruimte voor twee of drie stemmen. Het front werd ontworpen door de architect van de kerk, De Chateauneuf. Het orgel was al direct te klein voor de kerk, en vier jaar na de bouw kreeg Wolfsteller de opdracht voor een uitbreiding met een derde manuaal. Ook plaatste hij een Subbaß 32' en een Posaune 32' op het pedaal. Al in 1859 werd het orgel weer uitgebreid, naar voorstellen van de organist van de kerk, Georg Heinrich Armbrust. Het Hauptwerk kreeg een Dulzian 16', het Oberwerk een Viola da Gamba 8' en het Schwellwerk een Dulcian 8'. Op het pedaal werd een Quint 6' geplaatst. In de volgende jaren werden ook weer voorstellen voor wijzigingen en uitbreidingen gedaan. Deze zijn echter niet meer uitgevoerd.
- In 1884 besloot men een geheel nieuw groot orgel te bestellen bij de firma Walcker. Dit werd in 1885 geleverd. Het oude orgel van Wolfsteller is verkocht aan de Sankt Thomas-Kirche in Hamburg-Rothenburgsort. Het werd hier later vergroot door Paul Rother en ging uiteindelijk verloren door bombardementen in 1943, waarbij ook de kerk geheel werd verwoest.
Kort overzicht van plaatsen waar het orgel heeft gestaan
1848 | Hamburg | Hauptkirche Sankt Petri |
1885 | Hamburg | Sankt-Thomaskirche (Rothenburgsort) |
Technische gegevens
Aantal registers per werk | |
- Hauptwerk | 9 |
- Oberwerk | 8 |
- Schwellwerk | 11 |
- Pedal | 8 |
Totaal aantal stemmen | 36 |
Toetstractuur | Mechanisch |
Registertractuur | Mechanisch |
Windlade(n) | Sleepladen |
Dispositie
Hauptwerk (C-f'''): Bordun 16', Prinzipal 8', Gemshorn 8', Octave 4', Gemshorn 4', Octave 2', Mixtur 4 fach (2'), Dulzian 16' - 1859, Trompete 8'.
Oberwerk (C-f'''): Gedact 8', Offene Flöte 8', Viola da Gamba 8' - 1859, Prinzipal 4', Offene Flöte 4', Waldflöte 2', Rauschpfeife 2 fach (2'), Dulcian 8', Tremulant.
Schwellwerk (1852) (C-f'''): Gedact 16', Octave 8', Gedact 8', Rohrflöte 8', Quinte 6', Octave 4', Spitzflöte 4', Octave 2', Mixtur 4 fach, Trompete 8', Dulcian 8' - 1859.
Pedal (C-d'): Subbaß 32' - 1852, Prinzipal 16', Subbaß 16', Octave 8', Quinte 6' - 1859, Octave 4', Posaune 32' - 1852, Posaune 16'.
Overige registers: Cymbel-Stern.
Koppelingen: Hauptwerk - Oberwerk - schuifkoppel, Hauptwerk - Schwellwerk - 1852, Oberwerk - Schwellwerk - 1852, Pedal - Hauptwerk.
Literatuur |
|