Volledige beschrijving geselecteerd orgel
Foto: Piet Bron
Ophemert, Nederland (Gelderland) - Maartenskerk
Gemeente: West Betuwe
Streek:Tielerwaard
Adres: Molenstraat 17, 4061 AA, Ophemert
Website: http://stmaartenskerkophemert.nl/
Beschrijving nr.: 1004868.
Kaartnummer Stichting Orgelcentrum: GR3567 (Situatie in 1966).
Gebouwd door: Christian Gottlieb Friedrich Witte (1859)
Technische gegevens
Dispositie
Hoofdwerk (C-f'''): Bourdon 16', Prestant 8', Octaaf 4', Nazard 3', Woudfluit 2', Sexquialter II sterk (2 2/3') - 1954, Mixtuur III-IV sterk (1 1/3') - 1954.
Bovenwerk (C-f'''): Holfluit 8', Viola 8', Salicet 4', Roerfluit 4'.
Pedaal (C-c'): Subbas 16' - transmissie, Aangehangen.
Koppelingen: Manuaalkoppel.
Speelhulpen: Tremulant - 1988.
Foto: Piet Bron
Ophemert, Nederland (Gelderland) - Maartenskerk
Gemeente: West Betuwe
Streek:Tielerwaard
Adres: Molenstraat 17, 4061 AA, Ophemert
Website: http://stmaartenskerkophemert.nl/
Beschrijving nr.: 1004868.
Kaartnummer Stichting Orgelcentrum: GR3567 (Situatie in 1966).
Gebouwd door: Christian Gottlieb Friedrich Witte (1859)
Jaar | Orgelbouwer | Opus | Activiteit | 1859 | Christian Gottlieb Friedrich Witte | nieuwbouw | 1954 | J.C. Sanders & Zoon | ombouw | 1988 | firma H.B. Scheuerman | reconstructie |
- De Hervormde Kerk te Ophemert had nog nooit een orgel gehad, toen men op 26 november 1858 aan de firma Bätz de opdracht gaf om een instrument voor de kerk te maken. De kerk was kort daarvoor vergroot en verbouwd. Het orgel kreeg een plaats op een nieuwgebouwd oksaal in het koor van de kerk en werd op 23 oktober 1859 in gebruik genomen. Organist J.P. van Rooij bespeelde het instrument tijdens een feestelijke kerkdienst en gaf 's middags een concert op het orgel.
- Het orgel bleef zonder problemen functioneren tot november 1944, toen kerk en interieur door granaatinslagen zwaar beschadigd raakten. Hierna werd het orgel gedemonteerd en opgeslagen. Door inslag van een V1-raket in de boerderij waar een deel van het pijpwerk was opgeslagen raakten echter de frontpijpen alsnog zwaar beschadigd. De kerk kreeg nog meer schade door oorlogshandelingen, maar het orgel was in elk geval grotendeels behouden gebleven. De firma Sanders kreeg na de herbouw van de kerk in de jaren 1950-1953 de opdracht het orgel opnieuw in de kerk te plaatsen. De architect die de herbouw leidde ontwierp een moderne kas en liet het orgel op een aparte galerij aan de torenwand plaatsen. De dispositie werd door Sanders gewijzigd, doordat hij een geheel nieuwe Mixtuur II-IV sterk en een Sesquialter plaatste in plaats van de oude Mixtuur-Cornet en de Trompet. Ook maakte hij het pedaal zelfstandig door de bas van de Bourdon 16' middels een transmissie enkel op het pedaal aan te sluiten. In 1954 leverde hij het orgel op.
- Als gevolg van een lange droogte begon de windlade in het voorjaar van 1980 lekkage te vertonen, waardoor een grote reparatie noodzakelijk was geworden. Een orgelcommissie stelde een restauratieplan op, maar maakte ook een tweede plan. Dit plan behelsde reconstructie van het Witte-orgel in oude staat, inclusief de oorspronkelijke orgelkas, en herplaatsing op het oksaal. Na vijf jaar waren de financiën rond en kon de reconstructie van start gaan. De firma Scheuerman kreeg de opdracht, en Henk van Egmond werd als adviseur aangesteld. De dispositie van het orgel van Sanders bleef nu nog gehandhaafd. Op 11 oktober 1988 is het orgel weer in gebruik genomen.
Technische gegevens
Aantal registers per werk | |
- Hoofdwerk | 7 |
- Bovenwerk | 4 |
- Pedaal | 1 (0) |
Totaal aantal stemmen | 12 (11) |
Toetstractuur | Mechanisch |
Registertractuur | Mechanisch |
Windlade(n) | Sleepladen |
Dispositie
Hoofdwerk (C-f'''): Bourdon 16', Prestant 8', Octaaf 4', Nazard 3', Woudfluit 2', Sexquialter II sterk (2 2/3') - 1954, Mixtuur III-IV sterk (1 1/3') - 1954.
Bovenwerk (C-f'''): Holfluit 8', Viola 8', Salicet 4', Roerfluit 4'.
Pedaal (C-c'): Subbas 16' - transmissie, Aangehangen.
Koppelingen: Manuaalkoppel.
Speelhulpen: Tremulant - 1988.
Vulstem | Samenstelling |
Sexquialter II sterk | C: 2 2/3' - 2'. c°: 2 2/3' - 1 3/5'. |
Mixtuur III-IV sterk | C: 1 1/3' - 1' - 2/3'. d°: 2 2/3' - 2' - 1 1/3' - 1'. b': 4' - 2 2/3' - 2' - 1 1/3'. d''': 4' - 2 2/3' - 2' - 2'. |
Overige dispositiegegevens | |
---|---|
Verschillende disposities |
De oorspronkelijke dispositie luidde: Hoofdwerk: Bourdon 16', Prestant 8', Octaaf 4', Nazard 3', Woudfluit 2', Mixtuur III sterk (bas), Cornet III sterk (discant), Trompet 8' (gedeeld). Bovenwerk: Holfluit 8', Viola 8', Salicet 4', Roerfluit 4'. Pedaal: Aangehangen. Koppelingen: Manuaalkoppel. Speelhulpen: Ventiel. |
Literatuur |
|