Spring naar content
Volledige beschrijving geselecteerd orgel
Naarden - Grote- of Sint Vituskerk

Naarden, Nederland (Noord-Holland) - Grote- of Sint Vituskerk
Gemeente: Gooise Meren
Streek:'t Gooi
Adres: Sint Annastraat, 1411 PE, Naarden
Website: http://www.grotekerknaarden.nl/
http://www.pkn-naarden.nl/

Beschrijving nr.: 1002344.

Gebouwd door: Peter Gerritsz (1520)
Afgebroken (1862)

JaarOrgelbouwerOpusActiviteit
1520 Peter Gerritsz  nieuwbouw
1569 Peter Jansz 
1596 Jacob Jansz & Jan Jacobs Lin 
1611 Dirck Peters 
1655 Bocke Rochus 
1661 Johannes Slegel 
1699 Johannes Duyschot  ombouw
1709 Govert Cousijns  diverse werkzaamheden
1809 Abraham Meere  diverse werkzaamheden

Rond 1520 is het eerste orgel gebouwd in de grote kerk van Naarden. De bouwer is niet bekend, maar zeer waarschijnlijk is het Peter Gerritsz uit Utrecht, of mogelijk Cornelis Gerritsz. In de zestiende eeuw werkten verschillende Utrechtse meesters aan het orgel. In de zeventiende eeuw werd het omgebouwd door Johannes Slegel en later door Johannes Duyschot. Deze verbouwde in 1699 de blokwerdlade tot een sleeplade. Het orgel wordt daarna door de plaatselijke organisten onderhouden. In 1809 voerde Abraham Meere reparaties uit. Rond 1860 is het orgel zo slecht geworden, dat besloten werd een nieuw instrument te laten bouwen. Het is in 1862 geslooptdoor de timmerman H. Wiesman: het hout werd grotendeels in de kachels opgestookt. C.G.F. Witte bouwde een nieuw orgel, dat nog altijd in de kerk aanwezig is. Van het oude bestaat slechts een tekening, in 1862 gemaakt door Gerard Arentzen, schoolhoofd te Naarden. In het Rijksmuseum in Amsterdam worden nog enkele panelen en bazuinende engelen van het oude orgel bewaard. De bel uit het uurwerk hangt tegenwoordig in de consistoriekamer. De vermelde dispositie is volgens Hess uit 1774.

Technische gegevens
Aantal registers per werk
- Hoofdwerk6
- Bovenwerk7
- Rugwerk5
- Pedaalaangehangen
Totaal aantal stemmen18
ToetstractuurMechanisch
RegistertractuurMechanisch
Windlade(n)Sleepladen

Dispositie
Hoofdwerk (CD-c'''): Praestant 16', Praestant 8', Octave 4', Quinte 3', Mixture VI sterk, Trompet 8'.
Bovenwerk (CD-c'''): Roerfluit 8', Holpijpje 8', Octave 4', Flute 4', Nachthoorn 2', Sesquialtra (discant), Hautbois 8'.
Rugwerk (B-c'''): Praestant 8', Octave 4', Nachthoorn 2', Scharp IV sterk, Dulciane 8'.
Pedaal: Aangehangen.

Overige dispositiegegevens
Hess (1774) Het Orgel in de Gereformeerde-Kerk, met drie Hand-Clavieren en een aangehangen Pedaal, heeft 18 stemmen.
MiddenClavier, 6 stemmen: Praestant 16', Praestant 8', Octaav 4', Quint 3', Mixtuur 6 st. uit 16' D en Trompet 8'.
BovenClavier, 7 stemmen: Rhoerfluit 8', Holpyp 8', Octaav 4', Fluit 4', Nagth. 6', Sexquialtra D en Hautbois 8'.
Rugpositief, 5 stemmen: Praestant, Octaav, Nagthoorn, Scharp en Dulciaan.
By dit Werk, het welk mede een der oudste Kerk-werken van Nederland is, zyn 4 Blaasbalgen; en, ofschoon de 3 Clavieren yder 4 Octaav Toetzen opleveren, zo spreekt egter het Rugpositief, dat zeer klein is, alleen van groot B tot driegestreept C.
Dit Werk heeft twee onderscheidene tyden, onaangenaame lotgevallen ondergaan, namelyk: Ao. 1762 wierde het in 't laatst van July door den Blixem zodanig getroffen, dat het Pypwerk geschonden, het Regeerwerk &c. verlamd, en dus het Orgel geheel onbruikbaar wierd; ook wierd by deze geleegenheid, het Wyzer-bord van 't uurwerk, welk boven het Orgel geplaatst is, geheel zwart gezengd, en van den Predikstoel verscheidene Lysten afgeslagen. Het tweede, en teffens diergelyk geval, gebeurde twee Jaaren na deeze, mede in 't laatst derzelfder maand, namelyk den 21 July, en of schoon de schaade toen zo groot niet was, als in Ao. 1762, zo is het Orgel daar door egter weder onbruikbaar geworden, en hersteld door Jan Perk Kruisst Organist van deeze kerk.
Literatuur
  • Dispositien der merkwaardigste kerk-orgelen welken in de zeven vereenigde provincien als mede in Duytsland en elders aangetroffen worden (Gouda, 1774) / Joachim Hess. - Facsimile herdruk, verzorgd door Arend Jan Gierveld. - Buren : Frits Knuf, 1980. - (Bibliotheca Organologica ; volume XI).
  • Die Brabanter Orgel : Zur geschichte der Orgelkunst in Belgien und Holland im Zeitalter der Gotik und der Renaissance / dr. Maarten A. Vente. - Amsterdam : H.J. Paris, 1963.
  • Geschiedenis der Grote- of St.Vituskerk te Naarden / D. Franzen. - Naarden: Los B.V.
  • Orgels rond het IJsselmeer / Maarten Seybel, Aart Veldman. - Houten: Den Hertog B.V., 1984.
  • De Grote Kerk van Naarden in historisch perspectief / J. Kroonenburg, G.M. van Rossum, J. Bruin, B. Stegenga. - Naarden : Drukkerij Naarden, 1984.
  • Stencil over de Grote Kerk van Naarden. - Uitgegeven t.g.v. NCRV-Kerkenpad 1990.
  • Het 'Hollandse' orgel in de periode van 1670 tot 1730 : Een architectuurhistorische en organologische studie over de orgelbouw in Nederland, met name in de gewesten Holland, Zeeland, Utrecht en Gelderland / A.H. Vlagsma. - Alphen aan den Rijn : Canaletto, 1992.
  • De orgelmakers Witte : Een bijdrage tot de geschiedschrijving van de orgelbouw in Nederland in de tweede helft van de negentiende eeuw / dr. Teus den Toom. - Heerenveen: Uitgeverij J.J. Groen en Zoon, 1997.
  • 'Verloren gegane orgels in de loop der eeuwen' II / Maarten Seijbel. - Elburg : Stichting tot Behoud van het Nederlandse Orgel, 2005. - (Publicatie nr. 62).