Spring naar content
Volledige beschrijving geselecteerd orgel
Bron: Album cover.

Bron: Album cover

Mössingen, Deutschland (Baden-Württemberg) - Evangelische Kirche Sankt Peter und Paul
Gemeente: Mössingen
Streek:Württemberg
Adres: Brunnenstraße 17, 72116, Mössingen
Website: https://www.ev-kirche-moessingen.de/

Beschrijving nr.: 2004866.

Gebouwd door: Johann Jakob Weinmar (1821)

JaarOrgelbouwerOpusActiviteit
1821 Johann Jakob Weinmar  nieuwbouw
1840 Johann Jakob Weinmar  wijzigen dispositie
1974 Rensch Orgelbau88 restauratie en uitbreiding

  • Het orgel in de Evangelische Kirche van Mössingen is gebouwd in 1820-1821 door Johann Jakob Weinmar. Er is lang gedacht dat het orgel uit 1733 stamt, en gebouwd werd door Eberhard Vis(s)cher sr. Visscher bouwde het vorige orgel van de kerk. Dit stond op een galerij aan de torenzijde, het nieuwe orgel werd geplaatst in het koor van de kerk. Het Visscher-orgel is in 1820 verkocht aan de kerk in Marschalkenzimmern. Het nieuwe orgel had dertien registers op één manuaal en pedaal. In 1840 is door Johann Jakob jr. de Cornet vervangen door een Salicional.
  • In 1917 zijn de frontpijpen gevorderd. In 1920 werden nieuwe frontpijpen geplaatst van tin. In 1922 is een windmotor geplaatst.
  • Richard Rensch restaureerde het orgel in de jaren 1972-1974 onder advies van Walter Supper. Omdat het onder monumentenzorg viel moest het historische materiaal in oude staat worden teruggebracht. Men had echter behoefte aan een meer uitgebreide dispositie, zodat Rensch een Schwellwerk toevoegde, het pedaal uitbreidde tot f' op een aparte lade en zes stemmen van het Schwellwerk als transmissies op het pedaal disponeerde. Omdat de bestaande klaviatuur niet oorspronkelijk was mocht deze worden vervangen door een nieuwe.

Technische gegevens
Aantal registers per werk
- Hauptwerk10
- Schwellwerk10
- Pedalwerk9 (3)
Totaal aantal stemmen29 (23)
ToetstractuurMechanisch
RegistertractuurMechanisch
Windlade(n)Sleepladen
Toonhoogte1/4 toon onder normaal
TemperatuurKirnberger II

Dispositie
Hauptwerk (C-d'''): Principal 8', Holzflöte 8', Holzgedeckt 8', Gambe 8', Octave 4', Kleingedeckt 4', Quintatön 4', Waldflöte 2', Cornet 3 fach (4' + 2 2/3' + 1 3/5') (b°-d'''), Mixtur 4 fach (1').
Schwellwerk (C-g'''): Metallgedeckt 8', Principal 4', Rohrflöte 4', Nasat 2 2/3', Octave 2', Terz 1 3/5', Spitzquinte 1 1/3', Scharf 4 fach (1 1/3'), Dulcian 16', Schalmey 8', Tremulant.
Pedal (C-f'):
oude pedaal (C-g, in 1974 aangevuld tot f'): Subbaß 16', Violonbaß 16' - ca. 1840, Octavbaß 8'.
nieuwe pedaal (C-f', transmissies van Schwellwerk): Metallgedackt 8', Principal 4', Rohrflöte 4', Octave 2', Dulcian 16', Schalmey 8'.
Koppelingen: Hauptwerk - Schwellwerk, Pedal - Hauptwerk (gis - f'), Pedal - Schwellwerk, Ventilkoppel Pedal - Hauptwerk (C-g).

Literatuur
  • Musik und Kirche 3/1978.
  • Orgeln in Württemberg / Helmut Völkl. - Neuhausen-Stuttgart : Hänssler-Verlag, 1986. - (110. Veröffentlichung der Gesellschaft der Orgelfreunde).
  • Die Orgelbauerfamilie Weinmar (Weimar) in Bondorf / Burkhart Goethe, Stephen Blaich. - In: Württembergische Blätter für Kirchenmusik, 82. Jahrgang Nr. 6, November/Dezember 2015.
  • Die Orgelbauerfamilie Weinmar (Weimar) in Bondorf : Die Weinmar-Orgel in Mössingen : Nachtrag zum Artikel in WBL 6/2015 / Stephen Blaich. - In: Württembergische Blätter für Kirchenmusik, 83. Jahrgang Nr. 2, März/April 2016.
Opnamen
  • Georg Friedrich Händel : Die Konzerte für Orgel und Orchester op. 4, op. 7, op. posthum. / Edgar Krapp. - Ariola Eurodisc 302 453-450 (Cassette met 5 LP's). - 1984.
  • Johann Ludwig Krebs : Orgelwerke IV / Wolfgang Stockmeier. - Psallite 191/230 976 PET (LP).