Volledige beschrijving geselecteerd orgel
Halver, Deutschland (Nordrhein-Westfalen) - Evangelische Kirche
Streek:Ruhrgebiet
Beschrijving nr.: 2000014.
Gebouwd door: Johannes Ibach & Sohn (1856)
Het orgel is op 2 mei 1856 door Van Eyken ingespeeld. Daarna bleef het lange tijd ongewijzigd. In 1917 werden de frontpijpen gevorderd, en door Faust vernieuwd in zink. De firma Weyland werkte in 1954 aan het orgel. Het kreeg nieuwe klavieren, een andere dispositie en ook de speelmechaniek werden gedeeltelijk vernieuwd. Na nog een aantal wijzigingen was het orgel niet veel zaaks meer. In 1973 overwoog men afbraak, maar uiteindelijk kreeg de firma Janke de opdracht de frontpijpen te vervangen door nieuwe en de vulstemmen aan te vullen. Een grondige restauratie bleef nodig, en kwam uiteindelijk in de jaren 1992-1996. Met als adviseurs Manfred Schwarz en Winfried Schlepphorst voerde de Freiburger Orgelbau Hartwig Späth een restauratie uit, waarbij veel onderdelen in Ibach-trant werden vernieuwd.
Technische gegevens
Dispositie
Hauptwerk (C-f'''): Bordun 16' - bas uit 1975, Principal 8' - frontpijpen uit 1975, Salicional 8' - 1954, Flaut Major 8' - 1975, Rohrflöte 8', Hohlflöte 4', Octav 4', Quinte 2 2/3', Octav 2', Mixtur 4 fach - deels uit 1975, Cornett 4 fach (from g°) - 1975, Trompete 8' - 1995.
Positiv (C-f'''): Viola di Gamba 8' - 1975, Fernflöte 8', Gedackt 8', Principal 4', Spitzflöte 4', Flautino 2', Fagott-Hautbois 8' - 1995.
Pedal (C-d'): Violonbaß 16', Subbaß 16', Principal 8' - 1975, Octavbaß 4' - 1975, Posaunenbaß 16' - 1995.
Koppelingen: Manuaalkoppel, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Positiv.
Halver, Deutschland (Nordrhein-Westfalen) - Evangelische Kirche
Streek:Ruhrgebiet
Beschrijving nr.: 2000014.
Gebouwd door: Johannes Ibach & Sohn (1856)
Jaar | Orgelbouwer | Opus | Activiteit | 1856 | Johannes Ibach & Sohn | nieuwbouw | ca. 1920 | Paul Faust | diverse werkzaamheden | 1954 | Weyland Orgelbau | ombouw | 1975 | Rudolf Janke | diverse werkzaamheden | 1996 | Freiburger Orgelbau H. Späth | restauratie |
Het orgel is op 2 mei 1856 door Van Eyken ingespeeld. Daarna bleef het lange tijd ongewijzigd. In 1917 werden de frontpijpen gevorderd, en door Faust vernieuwd in zink. De firma Weyland werkte in 1954 aan het orgel. Het kreeg nieuwe klavieren, een andere dispositie en ook de speelmechaniek werden gedeeltelijk vernieuwd. Na nog een aantal wijzigingen was het orgel niet veel zaaks meer. In 1973 overwoog men afbraak, maar uiteindelijk kreeg de firma Janke de opdracht de frontpijpen te vervangen door nieuwe en de vulstemmen aan te vullen. Een grondige restauratie bleef nodig, en kwam uiteindelijk in de jaren 1992-1996. Met als adviseurs Manfred Schwarz en Winfried Schlepphorst voerde de Freiburger Orgelbau Hartwig Späth een restauratie uit, waarbij veel onderdelen in Ibach-trant werden vernieuwd.
Technische gegevens
Aantal registers per werk | |
- Hauptwerk | 12 |
- Positiv | 7 |
- Pedal | 5 |
Totaal aantal stemmen | 24 |
Toetstractuur | Mechanisch |
Registertractuur | Mechanisch |
Windlade(n) | Sleepladen |
Dispositie
Hauptwerk (C-f'''): Bordun 16' - bas uit 1975, Principal 8' - frontpijpen uit 1975, Salicional 8' - 1954, Flaut Major 8' - 1975, Rohrflöte 8', Hohlflöte 4', Octav 4', Quinte 2 2/3', Octav 2', Mixtur 4 fach - deels uit 1975, Cornett 4 fach (from g°) - 1975, Trompete 8' - 1995.
Positiv (C-f'''): Viola di Gamba 8' - 1975, Fernflöte 8', Gedackt 8', Principal 4', Spitzflöte 4', Flautino 2', Fagott-Hautbois 8' - 1995.
Pedal (C-d'): Violonbaß 16', Subbaß 16', Principal 8' - 1975, Octavbaß 4' - 1975, Posaunenbaß 16' - 1995.
Koppelingen: Manuaalkoppel, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Positiv.
Literatuur |
Jan Albert van Eyken (II) : Van Eyken als orgeladviseur / Bart van Buitenen. - In: De Orgelvriend, jrg. 40 nr. 6, juni 1998. |