Ausführliche Beschreibung der vorgewählten Orgel
Berlin, Deutschland (Berlin) - Friedenskirche
Gemeinde: Berlin
Adresse: Ruppinerstraße, Berlin
Beschreibung nr.: 2034881.
Gebaut von: Gebrüder Dinse (1890)
In 1890 werd in Berlijn een nieuwe kerk gebouwd ter nagedachtenis aan de keizers Wilhelm I en Friedrich III. Het gebouw kreeg de naam Friedenskirche. De firma Gebr. Dinse bouwde een orgel met 22 stemmen voor de kerk. Het front is in neogotische stijl ontworpen door de heer Orth. Op 19 januari 1891 werden kerk en orgel in gebruik genomen.
Technische Daten
Disposition
Hauptwerk: Bordun 16', Principal 8', Viola di Gamba 8', Rohrflöte 8', Octave 4', Spitzflöte 4', Quinte 2 2/3', Octave 2', Progressio Harmonica 2-4 fach, Trompete 8'.
Oberwerk: Principal 8', Salicional 8', Aeoline 8', Gedact 8', Octave 4', Rohrflöte 4', Mixtur 1-3 fach.
Pedal: Violon 16', Subbaß 16', Violoncello 8', Baßflöte 8', Posaune 16'.
Koppeln: Hauptwerk - Oberwerk, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Oberwerk.
Nebenregister und Spielhilfen: Fortissimo, Forte I. Manual, Forte II. Manual, Forte Pedal, Rollschweller, Calcantenglocke.
Berlin, Deutschland (Berlin) - Friedenskirche
Gemeinde: Berlin
Adresse: Ruppinerstraße, Berlin
Beschreibung nr.: 2034881.
Gebaut von: Gebrüder Dinse (1890)
In 1890 werd in Berlijn een nieuwe kerk gebouwd ter nagedachtenis aan de keizers Wilhelm I en Friedrich III. Het gebouw kreeg de naam Friedenskirche. De firma Gebr. Dinse bouwde een orgel met 22 stemmen voor de kerk. Het front is in neogotische stijl ontworpen door de heer Orth. Op 19 januari 1891 werden kerk en orgel in gebruik genomen.
Technische Daten
| Anzahl Register pro Manual | |
| - Hauptwerk | 10 |
| - Oberwerk | 7 |
| - Pedal | 5 |
| Gesamtzahl der Stimmen | 22 |
| Tastentraktur | Mechanical |
| Registertraktur | Mechanical |
| Windlade(n) | Cone chests |
Disposition
Hauptwerk: Bordun 16', Principal 8', Viola di Gamba 8', Rohrflöte 8', Octave 4', Spitzflöte 4', Quinte 2 2/3', Octave 2', Progressio Harmonica 2-4 fach, Trompete 8'.
Oberwerk: Principal 8', Salicional 8', Aeoline 8', Gedact 8', Octave 4', Rohrflöte 4', Mixtur 1-3 fach.
Pedal: Violon 16', Subbaß 16', Violoncello 8', Baßflöte 8', Posaune 16'.
Koppeln: Hauptwerk - Oberwerk, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Oberwerk.
Nebenregister und Spielhilfen: Fortissimo, Forte I. Manual, Forte II. Manual, Forte Pedal, Rollschweller, Calcantenglocke.
| Literatur |
Orgelbau-Nachrichten. - In: Zeitschrift für Instrumentenbau, 11. Jahrg. No.13, 1. Februar 1891. |