Spring naar content
Ausführliche Beschreibung der vorgewählten Orgel
Rasdorf - Stiftskirche

Rasdorf, Deutschland (Hessen) - Stiftskirche

Beschreibung nr.: 2032323.

Gebaut von: Johann Marcus Oestreich (1767)

JahrOrgelbauerOpusAktivität
1767 Johann Marcus Oestreich  Neubau
1785 Johann Marcus Oestreich  Verschiedene Tätigkeiten
1837 Ludwig Ratzmann  Übersetzung
  Hoffmann Orgelbau  Restaurierung

Het orgel in de Stiftskirche te Rasdorf werd in 1767 gebouwd door Johann Marcus Oestreich voor de Stadtpfarrkirche in Fulda. Het instrument is in 1770 al gedemonteerd in verband met de bouw van een nieuwe kerk. In 1785 plaatste Johann Marcus Oestreich het orgel in de nieuwe kerk. Het front is toen gewijzigd. In 1837 is het orgel verkocht aan de Stiftskirche in Rasdorf. Het werd overgeplaatst door Ludwig Ratzmann, die het Nebenwerk wijzigde. Rond 1940 vervaardigde Alban Späth een nieuwe windlade voor het pedaal met 27 tonen in plaats van 12. Ook werd de Trompete 8' vervangen door een Choralbaß 4'. In 1950 wijzigde Alban Späth de dispositie van het Nebenwerk. De firma Hoffmann voerde onlangs een technische restauratie uit. Plannen voor een reconstructie van het oorspronkelijke instrument zijn in de maak.

Technische Daten
Anzahl Register pro Manual
- Hauptwerk10
- Positiv5
- Pedal4
Gesamtzahl der Stimmen19
Tonumfang ManualC-h''
Tonumfang PedalC-d'
TastentrakturMechanical
RegistertrakturMechanical
Windlade(n)Slider chests

Disposition
Hauptwerk: Prinzipal 8', Flöte 8', Quintatön 8', Gamba 8', Oktave 4', Quinte 2 2/3', Oktave 2' - 1837, Quinte 1 1/3' - 1837, Mixtur 5 fach, Cimbel 2 fach.
Positiv: Gedackt 8', Gemshorn 4' - 1837/1950, Rohrflöte 4' - 1950, Prinzipal 2' - 1950, Terzian 2 fach - 1950.
Pedal (C-d'): Violon 16', Subbass 16', Prinzipalbass 8', Choralbass 4' - 1950.

Übrige dispositiondaten
Mehrere dispositionen
  • De oorspronkelijke dispositie luidde:
    Hauptwerk (CD-c'''): Principal 8', Cupell 8', Quinta Thön 8', Viol da Camp 8', Octav 4', Flött 4', Quint 3', Sesquialtera II, Mixtur 5 fach (2'), Cympel 1'.
    Positiv (CD-c'''): Flauto Traver 8', Biffera 8', Salicional 8', Hohl Flaute 4', Super Octav 2'.
    Pedal (CD-g): Suppas 16', Octavbaß 8', Zungenbaß 16', Trompetenbaß 8'.

  • De dispositie luidde na de overplaatsing in 1837:
    Hauptwerk: Prinzipal 8', Flöte 8', Quintatön 8', Gambe 8', Oktave 4', Quinte 2 2/3', Oktave 2', Quinte 1 1/3', Mixtur 5 fach, Zimbel 2 fach.
    Nebenwerk: Geigenprinzipal 8', Gedackt 8', Gemshorn 8', Salizional 8', Traversflöte 4'.
    Pedal: Subbaß 16', Violonbaß 16', Oktave 8', Trompete 8'.
    Koppeln: Hauptwerk - Nebenwerk, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Nebenwerk.

Literatur
  • Die Orgeln des Kreises Hünfeld / Gottfried Rehm. - Wolfenbüttel : Pape Verlag, 1966. - (Norddeutsche Orgeln ; 3).
  • Die Orgeln der Stadt Fulda / Gottfried Rehm. - Wolfenbüttel : Uwe Pape, 1970. - (Norddeutsche Orgeln ; 6).
  • Ergänzungen und Berichtungen zu Band 3 "Die Orgeln des Kreises Hünfeld". - In: Die Orgeln des ehemaligen Kreises Schlüchtern : Mit Ergänzungen zu den Banden Kreis Hünfeld, Landkreis Fulda, Stadt Fulda / Gottfried Rehm. - Berlin : Verlag U. Pape, 1975. - (Norddeutsche Orgeln ; Band 10).