Description complète d'orgue sélectionné
Photo: Andreas Werner
Wiesbaden, Deutschland (Hessen) - Katholische Pfarrkirche Sankt Marien (Biebrich)
Commune: Wiesbaden
Adresse: Marienplatz, Wiesbaden
Description no.: 2018440.
Bâti par: Hugo Mayer Orgelbau (1981)
In 1981 voltooide Hugo Mayer een nieuw orgel voor de Sankt Marienkirche te Biebrich. Bij de bouw is veel pijpwerk overgenomen uit het vorige orgel. Dit werd oorspronkelijk in 1876 gebouwd door Heinrich Voigt, maar is in 1926 door de firma Klais omgebouwd. In 1951 is het nogmaals verbouwd. In 1985 werd een koororgel in de kerk geplaatst, dat ook vanaf de speeltafel van het hoofdorgel af te bespelen is.
Données techniques
Composition
Hauptwerk (C-g'''): Bourdon 16' - oud, Principal 8', Hohlflöte 8' - oud, Salicional 8' - oud, Quintatön 8' - oud, Octave 4', Rohrflöte 4', Superoctave 2', Cornet 4 fach (4') (from f°), Mixtur 5 fach (1 1/3'), Trompete 8', Tremulant.
Schwellwerk (C-g'''): Gedackt 8' - oud, Harmonieflöte 8' - oud, Gemshorn 8' - oud; C-f gecombineerd met Harmonieflöte, Aeoline 8' (from fis) - oud, Principal 4', Flauto-Traverso 4' - oud, Nazard 2 2/3' - oud, Hohlflöte 2', Terz 1 3/5', Quinte 1 1/3' - oud, Scharff 4 fach (1'), Basson 16', Clarinette 8' - oud, Tremulant.
Pedal (C-f'):
Großpedallade: Violon 16' - oud, Subbaß 16' - oud, Posaune 16', Baßtrompete 8'.
Kleinpedallade: Rohrgedackt 8', Octave 4' - oud, Nachthorn 4', Mixtur 4 fach (2 2/3') - oud.
Solopedallade: Octavbaß 8'.
Accouplements: Koppelmanual, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Schwellwerk.
Photo: Andreas Werner
Wiesbaden, Deutschland (Hessen) - Katholische Pfarrkirche Sankt Marien (Biebrich)
Commune: Wiesbaden
Adresse: Marienplatz, Wiesbaden
Description no.: 2018440.
Bâti par: Hugo Mayer Orgelbau (1981)
In 1981 voltooide Hugo Mayer een nieuw orgel voor de Sankt Marienkirche te Biebrich. Bij de bouw is veel pijpwerk overgenomen uit het vorige orgel. Dit werd oorspronkelijk in 1876 gebouwd door Heinrich Voigt, maar is in 1926 door de firma Klais omgebouwd. In 1951 is het nogmaals verbouwd. In 1985 werd een koororgel in de kerk geplaatst, dat ook vanaf de speeltafel van het hoofdorgel af te bespelen is.
Données techniques
| Nombre de registres par manuel | |
| - Hauptwerk | 11 |
| - Schwellwerk | 13 |
| - Pedal | 9 |
| Nombre de jeux total | 33 |
| Transmission des clés | Mechanical |
| Transmission des jeux | Electrical |
| Sommier(s) | Slider chests |
Composition
Hauptwerk (C-g'''): Bourdon 16' - oud, Principal 8', Hohlflöte 8' - oud, Salicional 8' - oud, Quintatön 8' - oud, Octave 4', Rohrflöte 4', Superoctave 2', Cornet 4 fach (4') (from f°), Mixtur 5 fach (1 1/3'), Trompete 8', Tremulant.
Schwellwerk (C-g'''): Gedackt 8' - oud, Harmonieflöte 8' - oud, Gemshorn 8' - oud; C-f gecombineerd met Harmonieflöte, Aeoline 8' (from fis) - oud, Principal 4', Flauto-Traverso 4' - oud, Nazard 2 2/3' - oud, Hohlflöte 2', Terz 1 3/5', Quinte 1 1/3' - oud, Scharff 4 fach (1'), Basson 16', Clarinette 8' - oud, Tremulant.
Pedal (C-f'):
Großpedallade: Violon 16' - oud, Subbaß 16' - oud, Posaune 16', Baßtrompete 8'.
Kleinpedallade: Rohrgedackt 8', Octave 4' - oud, Nachthorn 4', Mixtur 4 fach (2 2/3') - oud.
Solopedallade: Octavbaß 8'.
Accouplements: Koppelmanual, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Schwellwerk.
| Références |
Orgeln in Wiesbaden / Markus Frank Hollingshaus, Carsten Lenz. - Wiesbaden : Lenz-Musik, 2003. |