Ausführliche Beschreibung der vorgewählten Orgel
Bild: Piet Bron
Reichenbach im Oberlausitz, Deutschland (Sachsen) - Evangelische Dorfkirche Sankt Johannis
Gemeinde: Reichenbach/O.L.
Region:Oberlausitz
Adresse: Kirchplatz 2, 02894, Reichenbach
Website: http://www.st-johannes-reichenbach.com/
Beschreibung nr.: 2018186.
Gebaut von: Ladegast & Sohn (1866) - Opus 42
Technische Daten
Disposition
Hauptwerk (C-f'''): Bordun 16' (from G), Principal 8' - front 2000, Doppelflöte 8', Flauto Amabile 8', Principal 4' - front 2000, Octave 2', Cornett 3 fach (4') (from c°) - 1866/2000, Mixtur 3 fach (1 1/2').
Oberwerk (C-f'''): Flauto Traverso 8', Viola di Gamba 8' - 2000, Gemshorn 4', Zartflöte 4' - 1866/2000, Doublette 1-2 fach - 2000.
Pedal (C-d'): Violon 16' - 2000, Subbaß 16', Cello 8' - 2000, Baßflöte 5 1/3' - 2000.
Koppeln: Manualcoppel, Pedalcoppel Hauptwerk.
Nebenregister und Spielhilfen: Calcant.
Bild: Piet Bron
Reichenbach im Oberlausitz, Deutschland (Sachsen) - Evangelische Dorfkirche Sankt Johannis
Gemeinde: Reichenbach/O.L.
Region:Oberlausitz
Adresse: Kirchplatz 2, 02894, Reichenbach
Website: http://www.st-johannes-reichenbach.com/
Beschreibung nr.: 2018186.
Gebaut von: Ladegast & Sohn (1866) - Opus 42
Jahr | Orgelbauer | Opus | Aktivität | 1866 | Ladegast & Sohn | Neubau | 1905 | Schlag & Söhne | Verschiedene Tätigkeiten | 1920 | Gustav Heinze | Änders der Disposition | 1935 | Eule Orgelbau | Umbau | 2000 | Jehmlich Orgelbau | Reconstruction |
- Voor de dorpskerk van Reichenbach bouwde Friedrich Ladegast in de jaren 1863-1865 een nieuw tweeklaviers orgel. Hoewel het in mei 1865 zou worden opgeleverd, kon het pas op 12 maart 1866 gekeurd door Friedrich W. Görmar, organist van de Petrus en Pauluskerk in Görlitz, en tevens adviseur bij de bouw. De firma Schlag & Söhne voerde in 1905 een revisie uit. De eerste wijzigingen werden in 1917 aangebracht, toen de frontpijpen werden gevorderd. Deze zijn in 1920 vervangen door nieuwe exemplaren van zink door Gustav Heinze. Heinze plaatste ook een windmotor en hij breidde het Oberwerk uit met een Aeoline 8' op een aparte nieuwe lade.
- In 1934 besloot men de dispositie te laten moderniseren door de firma Hermann Eule. Adviseur bij dit werk was Otto Burkert. Eule wijzigde de Cornett in een Sesquialter en de Zartflöte in een Holzflöte, die op het eerste manuaal kwam te staab. Verder werden verschillende registers vervangen: de Gamba door een Spitrzflöte 2', de Violon 16' door een Principalflöte 2', de Cello door een Choralflöte 4' en de Quintbaß door een Baßflöte 8'. Op de plaats van de Zartflöte plaatste Eule een Cymbel 2 fach. De twee balgen van Ladegast verving men door een nieuwe magazijnbalg. Tenslotte stemde hij het orgel om door het pijpwerk een halve toon op te schuiven en opnieuw te intoneren. De werkzaamheden waren in 1935 afgerond.
- In de jaren 1999/2000 is het orgel door de firma Jehmlich gerestaureerd en teruggebracht in de originele staat. De toonhoogte is echter op a'=440 Hz gebracht en de balg uit 1934 bleef ook in functie. Op 2 juli 2000 werd het orgel weer in gebruik genomen. Matthias Eisenberg bespeelde het bij deze gelegenheid.
Technische Daten
Anzahl Register pro Manual | |
- Hauptwerk | 8 |
- Oberwerk | 5 |
- Pedal | 4 |
Gesamtzahl der Stimmen | 17 |
Tastentraktur | Mechanical |
Registertraktur | Mechanical |
Windlade(n) | Slider chests |
Tonhöhe | a' = 441,5 Hz |
Temperatur | Equal temperament |
Winddruck | 75 mm |
Disposition
Hauptwerk (C-f'''): Bordun 16' (from G), Principal 8' - front 2000, Doppelflöte 8', Flauto Amabile 8', Principal 4' - front 2000, Octave 2', Cornett 3 fach (4') (from c°) - 1866/2000, Mixtur 3 fach (1 1/2').
Oberwerk (C-f'''): Flauto Traverso 8', Viola di Gamba 8' - 2000, Gemshorn 4', Zartflöte 4' - 1866/2000, Doublette 1-2 fach - 2000.
Pedal (C-d'): Violon 16' - 2000, Subbaß 16', Cello 8' - 2000, Baßflöte 5 1/3' - 2000.
Koppeln: Manualcoppel, Pedalcoppel Hauptwerk.
Nebenregister und Spielhilfen: Calcant.
Gemischte Stimme | Zusammensetzung |
Cornett 3 fach (I. Manual) | c°: 4'. g°: 5 1/3' - 4'. c': 5 1/3' - 4' - 3 1/5'. |
Mixtur 3 fach (I. Manual) | C: 1 1/3' - 1' - 2/3'. c°: 2' - 1 1/3' - 1'. c': 2 2/3' - 2' - 1 1/3'. g': 4' - 2 2/3' - 2'. c'': 5 1/3' - 4' - 2 2/3'. |
Doublette 2 fach (II. Manual) | C: 2 2/3'. c': 2 2/3' - 2'. |
Übrige dispositiondaten | |
---|---|
Mehrere dispositionen |
De dispositie luidde van 1935 tot 2000: Hauptwerk: Bordun 16' (vanaf G), Principal 8', Doppelflöte 8', Flauto Amabile 8', Principal 4', Holzflöte 4' (voorheen Flauto Traverso van Oberwerk), Octave 2', Sesquialter 2 fach (uit Cornett 3 fach), Mixtur 3 fach (1/2'). Oberwerk: Doppelgedackt 8' (voorheen Doppelflöte van Hauptwerk), Aeoline 8' (1920), Gemshorn 4', Spitzflöte 2', Cymbel 2 fach. Pedal: Subbaß 16', Baßflöte 8', Choralflöte 4' (voorheen Zartflöte van Oberwerk), Principalflöte 2' (uit Cornett 3 fach). |
Literatur |
|
Weblinks |
https://jehmlich-orgelbau.de/orgelprojekte/reichenbach-ev-st-johanneskirche/ |
|
|