Spring naar content
Volledige beschrijving geselecteerd orgel
Jerusalem, Israël - Evangelisch-Lutherischen Erlöserkirche

Beschrijving nr.: 2016350.

Gebouwd door: Gebrüder Dinse (1898)
Afgebroken (1971)

JaarOrgelbouwerOpusActiviteit
1898 Gebrüder Dinse  nieuwbouw
1938 Wilhelm Nißler  ombouw

  • In 1898 bouwde de firma Gebr. Dinse een tweeklaviers orgel voor de duitse Erlöserkirche in Jeruzalem. Kerk en orgel werden in het najaar van 1898 gewijd in het bijzijn van de Duitse keizer. Voor het transport naar Jeruzalem werd het orgel tijdelijk opgesteld in Berlijn in het Stadtmissionshaus.
  • Het instrument is in 1938 omgebouwd door Wilhelm Nißler, waarbij de dispositie werd gewijzigd onder invloed van de Orgelbewegung. In 1971 is het orgel afgebroken en vervangen door een nieuw instrument van Schuke. Delen van het Dinse-orgel zijn door Gideon Shamir in 2000 gebruikt bij de bouw van een orgel voor de universiteit van Haifa.

Technische gegevens
Aantal registers per werk
- Hauptwerk9
- Schwellwerk7
- Pedal5
Totaal aantal stemmen21
ToetstractuurPneumatisch
RegistertractuurPneumatisch
Windlade(n)Kegelladen

Dispositie
Hauptwerk (C-f'''): Bourdon 16', Principal 8', Gambe 8', Flûte Harmonique 8', Bourdon 8', Octave 4', Gemshorn 4', Mixtur 2-4 fach (4'), Trompete 8'.
Schwellwerk (C-f'''): Geigenprincipal 8', Aeoline 8', Flauto Traverso 8', Gedeckt 8', Voix Céleste 8', Fugara 4', Rohrflöte 4'.
Pedal (C-d'): Violon 16', Subbaß 16', Violoncello 8', Baßflöte 8', Posaune 16'.
Koppelingen: Hauptwerk - Schwellwerk, Pedal - Hauptwerk, Pedal - Schwellwerk.
Speelhulpen: Mezzoforte, Forte, Fortissimo, Rollschweller.

Overige dispositiegegevens
Verschillende disposities Na 1938 luidde de dispositie:
I. Manual (C-f'''): Bourdon 16', Prinzipal 8', Rohrflöte 8', Flûte Harmonique 8', Gamba 8', Gemshorn 4', Quinte 2 2/3', Schwegel 2', Mixtur 4 fach (2'), Trompete 8'.
II. Manual (C-f'''): Prinzipal 8', Konzertflöte 8', Lieblich Gedackt 8', Quintatön 8', Salicional 8', Vox Coelestis 8', Prinzipal 4', Spitzflöte 4', Nassat 2 2/3', Sifflöte 2', Terz 1 3/5', Mixtur 3-4 fach, Oboe 8'.
Pedal (C-f'): Subbaß 16', Violonbaß 16', Baßflöte 8', Violon 8', Choralbaß 4', Nachthorn 4', Oktav 2', Rauschpfeife 4', Posaune 16'.
Koppelingen: Manualkoppel, Pedal - I. Manual, Pedal - II. Manual.
Speelhulpen: Handregister ab, 2 freie Kombinationen, Tutti, Zungen ab, Pianopedal, Mezzofortepedal, Crescendowalze, Koppeln aus Walze, Echotritt.
Literatuur
  • Orgelbau-Nachrichten. - In: Zeitschrift für Instrumentenbau, 18. Jahrg., No. 30, 21. Juli 1898.
  • Ars Organi 1/1990.
  • Orgel International 1/2001.
Overige bronnen
  • Jörg R. Becker