Ausführliche Beschreibung der vorgewählten Orgel
Bild: Piet Bron sr.
Lutherstadt Eisleben, Deutschland (Sachsen-Anhalt) - Sankt Petri- und Pauli-Kirche
Gemeinde: Lutherstadt Eisleben
Website: http://www.ev-kirche-eisleben-anp.de/
Beschreibung nr.: 2002812.
Gebaut von: Wilhelm Rühlmann (1929) - Opus 437
Het orgel van de Petrus en Pauluskerk in Eisleben werd door Wilhelm Rühlmann in 1929 gebouwd met enkele speciale concertregisters. De mensuren waren ontwikkeld door Maphys. De orgelkas is gemaakt door Johannes Horn uit Halle. De firma Kuhn bouwde het orgel om tot een tweeklaviers orgel in 1987, omdat de bestaande tractuur voor veel problemen zorgde. Hierbij is de speeltafel gebruikt van het Rühlmann-orgel uit de Andreaskirche. Op 29 maart 1987 is het orgel weer in gebruik genomen. Al het pijpwerk is nog uit 1929.
Technische Daten
Disposition
I. Manual (C-g'''): Prinzipal 16', Bourdun 16', Viola di Gamba 8', Großgedackt 8', Oktave 4', Rohrflöte 4', Oktave 2', Zimbel 3 fach, Mixtur 4 fach, Trompete 8'.
II. Manual (C-g'''): Quintadena 16', Salizional 8', Rohrflöte 8', Prinzipal 4', Blockflöte 4', Waldflöte 2', Quinte 1 1/3', Sesquialter 2 fach, Scharf 4 fach, Oboe 8'.
Pedal (C-f'): Kontrabaß 16', Subbaß 16', Oktavbaß 8', Gedacktbaß 8', Oktave 4' - transmissie, Rauschpfeifen 4 fach (5 1/3'), Posaune 16'.
Koppeln: I. Manual - II. Manual, Pedal - I. Manual, Pedal - II. Manual.
Nebenregister und Spielhilfen: 2 vrije combinaties, Zungen ab, Tutti.
Bild: Piet Bron sr.
Lutherstadt Eisleben, Deutschland (Sachsen-Anhalt) - Sankt Petri- und Pauli-Kirche
Gemeinde: Lutherstadt Eisleben
Website: http://www.ev-kirche-eisleben-anp.de/
Beschreibung nr.: 2002812.
Gebaut von: Wilhelm Rühlmann (1929) - Opus 437
Jahr | Orgelbauer | Opus | Aktivität | 1929 | Wilhelm Rühlmann | 437 | Neubau | 1987 | Orgelbau Kuhn AG | Umbau |
Het orgel van de Petrus en Pauluskerk in Eisleben werd door Wilhelm Rühlmann in 1929 gebouwd met enkele speciale concertregisters. De mensuren waren ontwikkeld door Maphys. De orgelkas is gemaakt door Johannes Horn uit Halle. De firma Kuhn bouwde het orgel om tot een tweeklaviers orgel in 1987, omdat de bestaande tractuur voor veel problemen zorgde. Hierbij is de speeltafel gebruikt van het Rühlmann-orgel uit de Andreaskirche. Op 29 maart 1987 is het orgel weer in gebruik genomen. Al het pijpwerk is nog uit 1929.
Technische Daten
Anzahl Register pro Manual | |
- I. Manual | 10 |
- II. Manual | 10 |
- Pedal | 7 (6) |
Gesamtzahl der Stimmen | 27 (26) |
Tastentraktur | Electrical |
Registertraktur | Electrical |
Windlade(n) | Slider chests |
Disposition
I. Manual (C-g'''): Prinzipal 16', Bourdun 16', Viola di Gamba 8', Großgedackt 8', Oktave 4', Rohrflöte 4', Oktave 2', Zimbel 3 fach, Mixtur 4 fach, Trompete 8'.
II. Manual (C-g'''): Quintadena 16', Salizional 8', Rohrflöte 8', Prinzipal 4', Blockflöte 4', Waldflöte 2', Quinte 1 1/3', Sesquialter 2 fach, Scharf 4 fach, Oboe 8'.
Pedal (C-f'): Kontrabaß 16', Subbaß 16', Oktavbaß 8', Gedacktbaß 8', Oktave 4' - transmissie, Rauschpfeifen 4 fach (5 1/3'), Posaune 16'.
Koppeln: I. Manual - II. Manual, Pedal - I. Manual, Pedal - II. Manual.
Nebenregister und Spielhilfen: 2 vrije combinaties, Zungen ab, Tutti.
Übrige dispositiondaten | |
---|---|
Mehrere dispositionen |
De dispositie van het orgel uit 1929 luidde: Werk I: Bordun 16', Prinzipal 8', Viola di Gamba 8', Doppelflöte 8', Oktave 4', Rohrflöte 4', Oktave 2', Kornett 3 fach, Mixtur 4 fach, Trompete 8'. Werk II: Quintadena 16', Geigenprinzipal 8', Salizional 8', Dolce 8', Rohrflöte 8', Prinzipal 4', Blockflöte 4', Gemshornquinte 2 2/3', Waldflöte 2', Scharf 4 fach. Werk III (Schwellwerk): Lieblich Gedackt 16', Hornprinzipal 8', Äoline 8', Portunalflöte 8', Quintadena 8', Vox Coelestis 8', Fugara 4', Nachthorn 4', Flautino 2', Sesquialtera 2 fach, Zimbel 3 fach, Oboe 8'. Pedaal: Kontrabaß 16', Subbaß 16', Harmonikabaß 16', Stillgedackt 16' (Transmissie), Oktavbaß 8', Cello 8', Quintadena 8' (Transmissie), Oktave 4' (Transmissie), Rauschpfeifen 4 fach, Posaune 16'. |
Literatur |
|
|
|
|
|