• Accueil
• Orgues
• Information
• Liens
• Contact

Description complète d'orgue sélectionné


Photo: Evert-Jan van der Leij

Paris, France (Paris (75)) - Cathédrale Notre-Dame (4e arrondissement)
Commune: Paris
Région:Île-de-France
Adresse: 6, Place du Parvis Notre-Dame, 75004, Paris
Site Web: https://www.notredamedeparis.fr/

Description no.: 2000067.

Bâti par: Aristide Cavaillé-Coll (1868) - opus 230
L'orgue comprend le parent le matériel: Organ case and pipes de 1733 de François Thierry, Pipes de 1788 de Claude-François Clicquot

Année	Facteur	Opus	Activité
1733	François Thierry		orgue neuf
1788	Claude-François Clicquot		conversion
1868	Aristide Cavaillé-Coll	230	orgue neuf dans buffet vieille
1904	Charles Mutin		changer la disposition
1932	Manufacture Beuchet-Debièrre		conversion
1964	Jean Hermann		conversion
1972	Robert Boisseau		activités différentes
1992	maison Boisseau-Cattiaux		restauration
1992	Philippe Émeriau		restauration
1992	Michel Giroud		restauration
2014	Bertrand Cattiaux		restauration et expansion
2014	Pascal Quoirin		restauration et expansion
2024	Pascal Quoirin		reconstruction

• In de jaren 1730-1733 bouwde François Thierry een nieuw orgel met vijf manualen, vrij pedaal en 47 stemmen in de Parijse Notre-Dame. Bij de bouw werd bruikbaar materiaal van het bestaande orgel opnieuw gebruikt. Op 18 juli 1733 is het in gebruik genomen met een bespeling door verschillende beroemde Parijse organisten: Pierre du Mage, Antoine Clavière, Louis-Claude d'Aquin en Nicolas Clérembault. Het orgel werd in 1788 door Clicquot vergroot. Clicquot maakte een nieuwe kas voor het rugwerk in de Louis-XVI-stijl, omdat de oude kas te klein was. Er werd veel pijpwerk vervangen, maar in grote lijnen bleef het orgel hetzelfde. In de negentiende eeuw raakte het instrument door enkele slecht uitgevoerde restauraties (onder andere door Louis-Paul Dallery in 1828) in slechte staat.
  
• Aristide Cavaillé-Coll kreeg van Viollet-le-Duc de opdracht een nieuw orgel in de oude kassen te bouwen. Waar mogelijk moest het bestaande materiaal worden hergebruikt. Het eerste plan van Cavaillé-Coll werd op 30 maart 1860 gepresenteerd. Hoewel men het duur vond, kreeg hij toch de opdracht op 15 juli 1863. Toen het orgel was overgebracht naar de werkplaats bleven de lege kassen achter in de kathedraal. Viollet-le-Duc had het interieur in gotische stijl verbouwd, en hij vond de orgelkassen dan ook niet passen. De grote kas in Louis-XV-stijl kon wel blijven, maar het laat-achttiende-eeuwse rugpositief moest verdwijnen. De plannen van Cavaillé-Coll moesten dan ook worden gewijzigd. De opbouw van de verschillende werken werd aangepast, maar in eerste instantie deed hij het voorkomen dat het oorspronkelijke plan werd uitgevoerd. Tijdens de wereldtentoonstelling van 1867 werd het orgel voor het eerst bespeeld. De officiële ingebruikname was op 8 maart 1868 met de beroemdste organisten van Parijs achter de klavieren: Franck, Saint-Saëns, Loret, Chauvet, Guilmant (nog niet 'echt' Parijs), Durant en Widor. Iedereen was overdonderd door het resultaat. Alleen de oude organist van de Notre-Dame, Eugène Sergeant, vond het niets, maar Sergeant was dan ook erg conservatief in zijn muzikale smaak. De prijs van het orgel viel uiteindelijk ruim 50% hoger uit.
  
• In 1894 is het orgel door Cavaillé-Coll gerestaureerd. Er is daarbij niets gewijzigd. Op 31 juli 1894 werd het orgel weer in gebruik genomen met een concert door de organisten Charles-Marie Widor, Alexandre Guilmant, Eugène Gigout en Sergent.
  
• Na de dood van Aristide Cavaillé-Coll op 13 oktober 1899 ging het onderhoud van het orgel over naar Charles Mutin, zijn opvolger. Sinds 1900 was Louis Vierne organist van de Notre-Dame. Hij stelde enkele wijzigingen voor, die door Mutin zijn uitgevoerd. Op het Récit werden de Clarinet en de Dulciane vervangen door een Diapason 8' en een Octave 4', en er werd een Fourniture 4 rangs aan het Récit toegevoegd. Verder vulde Mutin de bas aan van de Gambe van het Récit en de Salicional van het Positif en werden enkele pijpen vervangen. In 1924 is een windmachine geplaatst. Waarschijnlijk werd in dit jaar ook de winddruk overal gelijk gemaakt. In 1932 vond de eerste echte verbouwing plaats door Joseph Beuchet. Hij veranderde de volgorde van de manualen op verzoek van Vierne en wijzigde de dispositie. Op het pedaal werden een Violoncelle 16' en een Bourdon 8' toegevoegd, het Grand Choeur kreeg een Flûte 8' en op het Récit werd de Nazard vervangen door een Cymbal. De Nazard kwam op het Positif in plaats van de Piccolo. Tenslotte werden de repetities van de Mixturen gewijzigd.
  
• In 1955 werd Pierre Cochereau organist van de Notre-Dame. Het orgel verkeerde in slechte staat. Marcel Dupré adviseerde de tractuur electrisch te maken. Er volgde een enorme verbouwing door Jean Hermann. Toen deze in 1964 overleed was de technische ombouw voltooid. De oude speeltafel werd in het museum geplaatst, terwijl er een grote console was geïnstalleerd. Robert Boisseau voltooide de restauratie en verbouwing van het muzikale gedeelte. Er werd op aandringen van Cochereau een dubbel-orgel gerealiseerd: zowel de Cavaillé-Coll karakteristieken als de Clicquot kenmerken moesten aanwezig zijn. Gedurende de restauratie moest het orgel continu in gebruik blijven. In 1967 werd het weer volledig in gebruik genomen. Pierre Cochereau was niet erg tevreden. Hij maakte een plan voor de herbouw van het oude rugpositief en ingrijpende wijzigingen in de dispositie. De plannen werden in 1972 ingediend, maar uiteindelijk niet gehonoreerd.
  
• Na de dood van Cochereau werden vier nieuwe organisten benoemd. Het was duidelijk dat het instrument een grote renovatie nodig had. Verschillende plannen passeerden de revue: reconstructie van het Cavaillé-Coll-orgel, bouw van een echte dubbel-orgel met twee speeltafels en de bouw van een klassiek orgel in het schip van de kerk met een reconstructie van Cavaillé-Coll. Uiteindelijk werd besloten tot een consolidatie van het bestaande werk, maar met een verbeterde mechaniek. Drie orgelmakers gingen samen aan de klus werken, bijgestaan door het computerbedrijf Synaptel. Dit bedrijf zou een computernetwerk aanleggen in het orgel voor de besturing van de mechaniek. Op 22 april 1990 gaf Philippe Lefebure een laatste concert voordat de dertig maanden durende restauratie zou beginnen. In 1992 werd het orgel weer opgeleverd. Dankzij de ingebouwde computer met midi-aansluitingen kon een bespeling volledig worden opgenomen, inclusief alle registraties, en weer worden afgespeeld wanneer dat gewenst was. Ook konden ontelbaar veel registraties worden voorgeprogrammeerd. Op 4 december 1992 werd het orgel weer officieel in gebruik genomen met een concert door de drie vaste organisten van de kerk.
  
• In 2014 is het orgel gerestaureerd door Bertrand Cattiaux in samenwerking met Pascal Quoirin. In 2017 is de oude kas van het rugpositief gerestaureerd door Pascal Quoirin.
  
• Op 15 april 2019 brak aan het begin van de avond een grote brand uit, die het gehele dak van de kathedraal verwoeste. Ook de schade binnen is enorm. Het orgel heeft geen schade geleden door de brand, er is alleen vervuiling door roetneerslag. De hitte van de brand en het bluswater hebben het instrument niet bereikt. In augustus 2020 is gestart met de demontage van het instrument. De firma Quoirin is in het voorjaar van 2022 gestart met de restauratie. De planning is dat kerk en orgel in april 2024 weer in gebruik kunnen worden genomen.
  

Données techniques

Nombre de registres par manuel
- Grand Orgue	16
- Grand Choeur	13
- Positif	16
- Récit	21
- Solo	15
- Pédale	29
Nombre de jeux total	110
Transmission des clés	Mechanical
Transmission des jeux	Mechanical
Sommier(s)	Slider chests

Composition
Grand Orgue (C-g'''): Violon-Basse 16', Bourdon 16', Montre 8', Bourdon 8', Flûte Harmonique 8', Viole de Gambe 8', Prestant 4', Octave 4', Doublette 2', Fourniture 2 à 5 rangs, Cymbale 2 à 5 rangs, Bombarde 16', Trompette 8', Clairon 4', Trompette en Chamade 8', Clairon en Chamade 4'.
Grand Choeur (C-g'''): Principal 8', Bourdon 8', Prestant 4', Quinte 2 2/3', Doublette 2', Tierce 1 3/5', Larigot 1 1/3', Septième 1 1/7', Piccolo 1', Cymbale 4 à 6 rangs, Tuba-Magna 16', Trompette 8', Clairon 4'.
Positif (C-g'''): Montre 16', Bourdon 16', Salicional 8', Flûte Harmonique 8', Bourdon 8', Unda Maris 8', Prestant 4', Flûte Douce 4', Nazard 2 2/3', Doublette 2', Tierce 1 3/5', Fourniture 5 rangs, Cymbale 5 rangs, Clarinette 16', Clarinette 8', Clarinette 4'.
Récit (C-g'''): Quintaton 16', Diapason 8', Flûte Traversière 8', Bourdon 8', Gambe 8', Voix Céleste 8', Octave 4', Flûte Octaviante 4', Quinte 2 2/3', Octavin 2', Cornet 5 rangs, Bombarde 16', Trompette 8', Basson-Hautbois 8', Voix Humaine 8', Clarinette 8', Hautbois 8', Clairon 4', Régale en Chamade 2' - 16', Chamade 8', Chamade 4'.
Solo (C-g'''): Bourdon 32', Principal 16', Principal 8', Flûte Harmonique 8', Quinte 5 1/3', Prestant 4', Tierce 3 1/5', Quinte 2 2/3', Septième 2 2/7', Doublette 2', Grosse Fourniture 2 rangs, Fourniture 5 rangs, Cymbale 5 rangs, Cornet 2 à 5 rangs, Cromorne 8'.
Pédale (C-g'): Principal 32', Contrebasse 16', Soubasse 16', Quinte 10 2/3', Bourdon 8', Flûte 8', Violoncelle 8', Tierce 6 2/5', Quinte 5 1/3', Septième 4 4/7', Octave 4', Flûte 4', Tierce 3 1/5', Quinte 2 2/3', Flûte 2', Tierce 1 3/5', Larigot 1 1/3', Piccolo 1', Fourniture 3 rangs, Cymbale 4 rangs, Bombarde 32', Bombarde 16', Basson 16', Sordun 16', Trompette 8', Basson 8', Clairon 4', Chalumeau 4', Clairon 2'.

Autres données des dispositions

Autres dispositions

De dispositie van het Thierry-orgel (1733) luidde: Grand-Orgue (C-d'''): Montre 32', Montre 16', Bourdon 16', Montre 8', Flûte 8', Bourdon 8', Grand Nassart 5 2/3', Prestant 4', Grande Tierce 3 1/5', Nasard 2 2/3', Doublette 2', Quarte 2', Tierce 1 3/5', Fourniture IV rangs, Fourniture V rangs, Grosse Cymbale IV rangs, Cymbale III rangs, Cornet V rangs, Grosse Trompette 8', Deuxième Trompette 8', Clairon 4', Voix Humaine 8', 2 tremblants (doux et fort). Positief de Dos (C-d'''): Montre 8', Bourdon 8', Prestant 4', Flûte 4', Nasard 2 2/3', Doublette 2', Quarte 2', Tierce 1 3/5', Plein Jeu VII rangs, Cornet V rangs, Trompette 8', Cromorne 8', Clairon 4'. Bombarde (C-d'''): Bombarde 16' (gekoppeld aan Grand-Orgue) Récit de Dessus (27 tonen): Cornet V rangs, Trompette 8'. Écho (34 tonen): Cornet V rangs, Cromorne 8'. Pédale (35 tonen): Grosse Flûte 8', Flûte 8', Grosse Flûte 4', Flûte 4', Bombarde 16', Trompette 8', Clairon 4'. De dispositie van het oorspronkelijke werkstuk van Cavaillé-Coll (1868) luidde: Grand-Orgue: Montre 16' (oud), Bourdon 16' (oud), Montre 8' (deels oud), Flûte Harmonique 8', Viole de Gambe 8', Bourdon 8', Prestant 4', Octave 4' (oud), Doublette 2' (deels oud), Fourniture 2-4 rangs, Cymbale Harmonique 2-5 rangs, Basson 16', Basson 8', Clairon 4'. Grand-Choeur: Principal 8', Bourdon 8' (deels oud), Prestant 4', Principal 4', Quinte 2 2/3', Doublette 2', Tierce 1 3/5', Larigot 1 1/3', Septième 1 1/7', Piccolo 1', Tuba Magna 16', Trompette 8' (oud), Clairon 4' (oud). Positif: Montre 16' (deels oud), Bourdon 16' (oud), Flûte Harmonique 8', Salicional 8' (vanaf c), Bourdon 8' (deels oud), Unda Maris 8', Prestant 4' (oud), Flûte Douce 4' (oud), Doublette 2' (oud), Piccolo 1', Plein Jeu Harmonique 3-5 rangs, Clarinette Basse 16', Cromorne 8' (deels oud), Clarinette Aiguë 4'. Bombarde: Principal Basse 16' (deels oud), Soubasse 16', Principal 8' (deels oud), Flûte Harmonique 8', Grand Quinte 5 1/3', Octave 4', Grand Tierce 3 1/5', Quinte 2 2/3', Septième 2 2/7', Doublette 2', Grand Cornet 2-5 rangs (deels oud), Bombarde 16' (deels oud), Trompette 8' (deels oud), Clairon 4' (deels oud). Récit Exrpessif: Quintaton 16', Viole de Gamba 8' (vanaf c), Voix Céleste 8', Quintaton 8', Flûte Traversière 8', Flûte Octaviante 4', Dulciane 4', Quinte 2 2/3', Octavin 2', Cornet Harmonique 3-5 rangs, Bombarde 16', Trompette 8' (oud), Basson-Hautbois 8', Voix Humaine 8' (oud), Clarinette 8', Clairon 4'. Pédale: Principal 32', Contrebasse 16', Soubasse 16' (deels oud), Grand Quinte 10 2/3', Flûte 8' (oud), Violoncelle 8', Grande Tierce 6 2/5', Quinte 5 1/3', Septième 4 4/7', Flûte 4', Contre-Bombarde 32' (deels oud), Bombarde 16' (deels oud), Basson 16', Basson 8', Trompette 8', Clairon 4' (oud). In 1967 was de dispositie geworden: Grand-Orgue: Principal 16', Bourdon 16', Montre 8', Principal 8', Flûte Harmonique 8', Bourdon 8', Prestant 4', Octave 4', Doublette 2', Fourniture 4 rangs, Cymbale 5 rangs, Bombarde 16', Trompette 8', Clairon 4'. Grand-Choeur: Principal 8', Bourdon 8', Prestant 4', Quinte 2 2/3', Doublette 2', Tierce 1 3/5', Larigot 1 1/3', Septième 1 1/7', Piccolo 1', Cymbale 4 rangs (nieuw), Bombarde 16', Trompette 8', Clairon 4'. Positif: Montre 16', Bourdon 16', Principal 8', Flûte 8', Bourdon 8', Unda Maris 8', Prestant 4', Flûte Douce 4', Quinte 2 2/3', Doublette 2', Tierce 1 3/5' (nieuw), Fourniture 4 rangs (1971), Cymbale 5 rangs (nieuw), Clarinette 16', Clarinette 8', Clarinette 4'. Solo: Bourdon 32', Principal 16', Montre 8', Flûte Harmonique 8', Quinte 5 1/3', Prestant 4', Tierce 3 1/5', Quinte 2 2/3', Septième 2 2/7', Doublette 2', Grosse Fourniture 2 rangs (nieuw), Fourniture 5 rangs (nieuw), Cymbale 5 rangs (nieuw), Cornet 4-6 rangs, Cromorne 8' (nieuw). Récit Exrpessif: Quintaton 16', Principale 8' (nieuw), Flûte Harmonique 8' (1972), Bourdon 8' (nieuw), Gambe 8', Voix Céleste 8', Octave 4' (nieuw), Flûte Harmonique 4', Octavin 2', Fourniture 3 rangs (1971), Cymbale 4 rangs (1971), Cornet d'Écho (nieuw), Bombarde 16', Trompette 8', Clairon 4', Basson-Hautbois 8', Voix Humaine 8', Trompette d'Écho (nieuw), Chamade 2'-16' (nieuw), Chamade 8' (nieuw), Chamade 4' (nieuw). Pédale: Principal 32', Contrebasse 16', Soubasse 16', Quinte 10 2/3', Principal 8' (nieuw), Flûte 8', Bourdon 8', Tierce 6 2/5', Quinte 5 1/3', Septième 4 4/7', Octave 4' (nieuw), Flûte 4', Tierce 3 1/5', Quint 2 2/3' (nieuw), Bourdon 2' (nieuw), Tierce 1 3/5' (nieuw), Larigot 1 1/3' (nieuw), Piccolo 1' (nieuw), Fourniture 3 rangs (nieuw), Cymbale 4 rangs (nieuw), Bombarde 32', Bombarde 16', Basson 16', Régale 8' (nieuw), Basson 8', Trompette 8', Clairon 4', Chalumeau 4' (nieuw).

Références	Grand Orgue de l'Église Métropolitaine Notre-Dame de Paris reconstruit par M. A. Cavaillé-Coll / Pierre Lamazou. - Paris : Plon, 1868. Orgelbau-Nachrichten. - In: Zeitschrift für Instrumentenbau, 14. Jahrg. No. 32, 11. August 1894. Het Orgel van de Notre-Dame in gevaar. - In: Het Orgel, 22e Jaargang No. 8, Mei 1925. Orgels in Parijse Kathedralen : Notre Dame de Paris. - In: De Orgelvriend, jrg. 13 nr. 5, mei 1971. Le grand orgue de Notre-Dame de Paris / Pierre J. Hardouin. - Tours : Bärenreiter, 1973. Paris, 1977 : The International Convention of the GdO / Homer D. Blanchard. - In: The Tracker, Volume 22, Number 1, Fall 1977. Parijs het mekka van de orgelvriend : Indrukken van het Orgelcongres van de "Gesellschaft der Orgelfreunde" te Parijs en omgeving - augustus 1977 : deel I / Jan W. van Spronsen. - In: De Orgelvriend, jrg. 20 nr. 2, februari 1978. Orgeln in Paris und Chartres - Houdan - Le Petit Andely - Pithiviers - Rouen - Versailles / Hermann J. Busch [red.]. - 2. verbesserte Auflage. - Kassel : Verlag Merseburger, 1979. - (56. Veröffentlichung der Gesellschaft der Orgelfreunde). l'Orgue Cavaillé-Coll. - Motette Ursina Schallplatten Motette M 10760. - Boek bij platencassette. Le grand orgue et les organistes de Notre-Dame de Paris / Bernadette Gerard, Roberte Marchard. - Beziers : Imprimerie Borréda, 1982. Les Pleins-Jeux de l'Orgue Cavaillé-Coll à Notre-Dame de Paris en 1867 (1) / Ch.-M. Lindow. - In: Connoissance de l'Orgue, Numéro 48, automne 1983. Essai d'Analyse des mixtures de Cavaillé-Coll à St.-Sulpice 1868 et à Notre-Dame 1867 / P. Hardouin. - In: Connoissance de l'Orgue, Numéro 48, automne 1983. Berichten : Ingebruikneming gerestaureerde orgel Notre Dame te Parijs. - In: Het Orgel, jrg. 88 nr. 12, december 1992. Orgelinwijding in de Parijse Kathedraal Notre Dame / Günter Lade, vertaald door Jan W. van Spronsen. - In: De Orgelvriend, jrg. 36 nr. 1, januari 1994. - Overgenomen uit "Ars Organi". Notre-Dame de Paris : The Organs. - Paris : Association Maurice de Sully, 1993. - Uitgegeven ter gelegenheid van de voltooide restauratie. Die Orgel der Kathedrale Notre-Dame in Paris / Günter Lade. - Langen bei Bregenz : Günter Lade, 1997. - (l'Orgue français ; 4). Les orgues de Paris / Béatrice de Andia, Jean-Louis Coignet, Michel Le Moël [red.]. - Paris : Action Artistique de la Ville de Paris, 2005. Nicht verbrannt heißt noch lange nicht unbeschädigt : Die große Orgel der Kathedrale Notre-Dame in Paris nach dem Feuer / Burkhart Goethe. - In: Württembergische Blätter für Kirchenmusik, 86. Jahrgang Nr. 3, Mai/Juni 2019. Uit de orgelwereld : Schade orgel Notre-Dame valt erg mee / Gerco Schaap [red.]. - In: De Orgelvriend, jrg. 61 nr. 5, juni 2019. Órgãos de Tubos / José Manuel Russo. - Ediçao de Autor, 2019. Uit de orgelwereld : Vier jaar nodig voor restauratie Notre-Dame orgel / Gerco Schaap [red.]. - In: De Orgelvriend, jrg. 62 nr. 5, juni 2020. Uit de orgelwereld : Demontage Notre-Dame-orgel begonnen / Gerco Schaap [red.]. - In: De Orgelvriend, jrg. 62 nr. 7, september 2020. Louis Vierne's Dream Organ for Notre-Dame Cathedral / Rollin Smith.- In: The Tracker, Volume 64, Number 4, October 2020. Orgeln und Organstien der Kathedrale Notre-Dame in Paris : Band 2 : Louis Vierne - Léonce de Saint-Martin / Günter Lade. - Schönau-Siebenhaus : Edition Lade, 2020.
Enregistrements	Cochereau : Le Disque du Centenaire / Pierre Cochereau. - Solstice SOCD 409 (CD). - 2024. - Historical recordings. Bach - Liszt - Franck - Alkan / Olivier Latry. - Deutsche Grammophon (CD). - 2022. Bach to the Future / Olivier Latry. - Harmonia Mundi La Dolce Vita LDV 69 (CD). - 2019. The Genius of Cavaillé-Coll. - Fugue State Films FSFDVD007 (3DVD & 2CD). - 2014. Franck: Father of the Organ Symphony / Joris Verdin. - Raven Records FSFDVD009 (2 CD/2 DVD). - 2014. l'Art de variation : Improvisations / Pierre Cochereau. - Solstice SOCD 302 (CD). - 2014. - Historische opnamen. Splendeur & Elegance à Notre-Dame de Paris / Jean-Pierre Leguay. - Festivo 6962252 (CD). - 2011. Improvisations / Jean-Pierre Leguay. - IFO Classics ORG 7235.2 (CD). - 2010. Jean-Pierre Leguay : Sonates II & III - Missa Deo Gratias pour 2 orgues et choeur / Jean Pierre Leguay, Yves Castenet. - Hortus 594 (CD). - 2008. Klankjuwelen uit het NCRV-archief / Feike Asma. - Festivo 6962122 (dubbel-CD). - 2006. - Historische opnamen, opgenomen in Maassluis, Parijs, Oud-Karspel, Haarlem en Den Haag. Louis Vierne : Les Six Symphonies Pour Orgue / Pierre Cochereau. - Solstice SOCD911-3 (3-CD). - 2006. - Recordings from 1975 and 1976. In Spiritum : Oliver Latry plays César Franck / Oliver Latry. - Deutsche Grammophon 00289 477 5418 (SACD). - 2005. L'Organiste Liturgique / Pierre Cochereau. - Solstice SOCD 226 (CD). - 2005. - Recordings from 1977. Midnight at Notre-Dame : Organ transcriptions / Olivier Latry. - SACD. - 2004. 12 des plus belles pages de sa discographie / Olivier Latry. - BNL 112925 (CD). - 2003. Messiaen : Complete organ works / Olivier Latry. - Deutsche Grammophon DDD 471 480-2 (box met 6 CD's ). - 2002. César Franck aux Grandes orgues de la Cathédrale Notre-Dame, Paris / Jean-Pierre Leguay. - Festivo 6951832 (CD). - 2001. Marcel Dupré : Les Vêpres de la Vierge, Op. 18 / Philippe Lefebure (hoofdorgel), David Hill (koororgel) m.m.v. Schola Gregoriana of Cambrige o.l.v. Mary Berry. - Herald HAVPCD 170 (CD). - 1995. Louis Vierne : l'Oeuvre d'orgue intégral / Pierre Cochereau (Parijs) en George Baker (Rouen). - Box met 10 CD's. - 1994. - Heruitgave van opnamen uit de jaren zeventig, aangevuld met nieuwe opnamen opgenomen in Parijs en Rouen. Musique à Notre Dame : Orgue, Trompette et Fanfares / Pierre Cochereau (orgue) & Maurice André (trompette). - Philips Classics 442 473-2 (2CD). - 1994. Récital à Notre-Dame de Paris / Olivier Latry. - BMG Soli Deo Veritas 7432 147 01 32 (CD). - 1993. Franz Liszt aux Grandes Orgues restaurées de Notre Dame de Paris / Jean-Pierre Leguay. - Euromuses EURM 2014 (CD). - 1993. Vierne et Gigout / Jean-Pierre Leguay. - Festivo FECD 133 (CD). - 1993. Les grandes orgues restaurées de Notre-Dame de Paris presentées par Jean-Pierre Leguay / Jean-Pierre Leguay. - Edition Lade EL CD 003 (CD). - 1993. - (Trésor de l'orgue Français ; 3). Pierre Cochereau l'Organiste de Notre-Dame / Pierre Cochereau. - Solstice SOCD 94/96 (3CD). - 1992. - Historical recordings from 1968-1984. Les orgues de Paris : De Couperin à Messiaen. - Erato 2292-45867-2 (box met 3 CD's). - 1992. Louis Vierne, 1ère et 2ème Symphonie pour Orgue / Pierre Cochereau. - FYCD 028 (CD). - 1990. César Franck : Organ Music / Pierre Cochereau. - Saga Classics SCD 9019 (CD). Vierne : 24 Pièces de Fantaisie / Olivier Latry. - BNL 112742A/B (2CD). - 1988. Vierne : 2ème et 3ème Symphonie pour Orgue / Olivier Latry. - BNL 112741 (CD). - 1988. "Organ Recital" aux Grandes Orgues de Notre-Dame de Paris / Pierre Cochereau. - Time Plus 300092 (CD). - 1988. Charles-Marie Widor : Sixième et Cinquième Symphonies pour Orgue / Olivier Latry. - BNL 112617 (CD). - 1986. Un testament musical / Pierre Cochereau. - Solstice SOCD 150/1 (CD). - 1984. Langlais joue Langlais / Jean Langlais. - Solstice SOCD 165 (CD). - Opname uit 1981. l'Orgue Cavaillé-Coll / Kurt Lueders, Georges Lartigau, José Manuel Azcue, Léonce de Saint-Martin, Daniel Roth. - Motette M 10760 digital (LP). - [1981]. - Album met zeven lp's. L'art de l'improvisation / Pierre Cochereau. - FY FYCD 064 (CD). - Heruitgave van een LP uit 1977. Marcel Dupré : Trois Préludes et Fugues - Evocation - Symphonie-Passion - Variations sur un Noël - Cortège et Litanie / Pierre Cochereau. - FY 020/021 (2LP). - [1975]. Widor - Symphonie pour Orgue no.9 "Gothique" / Pierre Cochereau. - Philips 6504 027 (LP). - (Trésors Classiques). J.S. Bach à Notre Dame de Paris : Vol. 3 / Pierre Cochereau. - Philips 6504 024 (LP). J.S. Bach : Les grandes Toccatas pour Orgue / Pierre Cochereau. – Philips 6517 001 / 412 088 PG640 (LP). Pierre Cocherau bespeelt het orgel van de Notre Dame te Parijs. - Philips Gravure Universelle 836.820 DSY (LP). Pierre Cocherau bespeelt het orgel van de Notre Dame te Parijs. - Oiseau Lyre 50103 (LP). Deux Grandes Improvisations en Concert / Pierre Cochereau. - FYCD 118 (CD). - Heruitgave van een LP uit 1974. César Franck : Troit Pièces pour Grand Orgue - Choral Nr. 2 / Pierre Cochereau. - Philips Universo Serie 6571 004 (LP). - 1967. Léonce de Saint-Martin - Notre-Dame de Paris / Léonce de Saint-Martin. - Edition Studio S.M. 33-21 (LP). - 1956. - Live-opnamen uit 1953 en 1954. Louis Vierne : Symphony no. 2 in E major for organ opus 20 / Piere Chochereau. - London L'Oiseau-Lyre Records OL 50103 (LP). - 1955.
Lièns	https://www.notredamedeparis.fr/decouvrir/musique/ https://www.atelier-quoirin.com/ParisND.php https://www.atelier-quoirin.com/NDP-Positif.php http://www.organsofparis.vhhil.nl/notre-dame/restoration-works-2012-2014/index.html http://orgue.free.fr/a4o2.html http://www.edition-lade.com/b__cds/d__cd__orgeln/orgel_cd_003.htm https://de.wikipedia.org/wiki/Orgeln_der_Kathedrale_Notre-Dame_de_Paris https://www.rd.nl/artikel/969273-restauratie-orgel-notre-dame-parijs-begonnen

YouTube

• Olivier Latry at the organ at the Cathedral of Notre Dame October 7, 2007
  
• 
  
• Léon Boëllmann - Toccata de la Suite Gothique / Olivier Latry
  
• 
  
• Cathédrale Notre Dame de Paris - Le grand Orgue (Full HD)
  
• 
  
• [Notre-Dame] Passacaglia and Fugue in C minor / Olivier Latry (2016)
  
• 
  

---

Photo: Evert-Jan van der Leij	Photo: Evert-Jan van der Leij	Photo: Evert-Jan van der Leij	Photo: Evert-Jan van der Leij	Photo: Evert-Jan van der Leij	Photo: Evert-Jan van der Leij
Source: Brochure "Notre Dame de Paris"	Source: Brochure "Notre Dame de Paris"		Photo: Evert-Jan van der Leij	Photo: Evert-Jan van der Leij	Photo: Evert-Jan van der Leij
Photo: Piet Bron	Photo: Piet Bron