Ausführliche Beschreibung der vorgewählten Orgel
Bild: Michiel van 't Einde
Oene, Nederland (Gelderland) - Hervormde Kerk (Sint Dionysius)
Weitergeleitet von: Utrecht - Kerk van de Heilige Martinus "Achter de Twynstraat" (1766 - 1852)
Gemeinde: Epe
Region:Veluwe
Adresse: Dorpsstraat 1, 8167 NK, Oene
Website: http://www.kerkoene.nl/
Beschreibung nr.: 1001896.
Kartennummer "Stichting Orgelcentrum": GR1040.
Gebaut von: Johann Heinrich Hartmann Bätz (1766)
Kurze Übersicht der Orte, an denen die Orgel gestanden hat
Technische Daten
Disposition
Manuaal (C-d'''): Prestant 8' - discant dubbelkorig, Roerfluit 8', Octaaf 4', Gemshoorn 4', Roerquint 3', Octaaf 2', Cornet III sterk (discant), Mixtuur II-III sterk, Trompet 8' (B/D) - ca. 1810.
Pedaal (C-f°): Aangehangen.
Nebenregister und Spielhilfen: Ventiel.
Übrige Quellen
Bild: Michiel van 't Einde
Oene, Nederland (Gelderland) - Hervormde Kerk (Sint Dionysius)
Weitergeleitet von: Utrecht - Kerk van de Heilige Martinus "Achter de Twynstraat" (1766 - 1852)
Gemeinde: Epe
Region:Veluwe
Adresse: Dorpsstraat 1, 8167 NK, Oene
Website: http://www.kerkoene.nl/
Beschreibung nr.: 1001896.
Kartennummer "Stichting Orgelcentrum": GR1040.
Gebaut von: Johann Heinrich Hartmann Bätz (1766)
Jahr | Orgelbauer | Opus | Aktivität | 1766 | Johann Heinrich Hartmann Bätz | Neubau | ca. 1810 | Gideon Thomas Bätz | Vergrößerung | 1852 | Pieter Maarschalkerweerd | Übersetzung | 1948 | fa. Bernard Koch | Verschiedene Tätigkeiten | 1967 | Ernst Leeflang | Restaurierung |
- In 1754 werd in Utrecht een nieuwe parochiekerk voor de heilige Martinus "Achter de Twynstraat" in gebruik genomen. Dit gebouw verving de oude schuilkerk. Het orgel uit de schuilkerk verhuisde mee, maar al in 1766 plaatste J.H.H. Bätz een nieuw orgel in de kerk. Het orgel met enkel metalen pijpwerk had acht stemmen op één manuaal en aangehangen pedaal. Op de lade was nog een plaats gereserveerd voor een tongwerk. Gideon Thomas Bätz plaatste begin negentiende eeuw een Trompet 8' op deze plaats. In 1852 leverde de firma Maarschalkerweerd een groter orgel voor de Martinuskerk. Het Bätz-orgel werd verkocht aan de Hervormde gemeente in Oene. De plaatsing geschiedde eveneens door Maarschalkerweerd. Het klavier werd door hen naar de zijkant verplaatst. Er vonden ook wijzigingen plaats in de aanleg van de mechaniek, en de oorspronkelijke balgen werden door één magazijnbalg vervangen. Op 22 augustus 1852 is het orgel in Oene in gebruik genomen.
- Het orgel is bijna een eeuw ongewijzigd gebleven. In 1948 reviseerde de firma Koch het. Zij breidden de dispositie uit met een Quintadeen 8' en vervingen de Mixtuur door een nieuw exemplaar. Ernst Leeflang voerde in 1967 een grote restauratie uit. Adviseur was dr. Maarten Vente. De oorspronkelijke doelstelling hiervan - het reconstrueren van het orgel zoals het in 1766 was opgeleverd - werd niet uitgevoerd. Wel werd de oorspronkelijke dispositie hersteld, de Mixtuur opnieuw gemaakt in een beter passende mensuur en samenstelling. De opstelling van het pijpwerk werd gecorrigeerd, twee nieuwe schepbalgen werden geplaatst en de klaviatuur werd geheel nieuw gemaakt. Op 1 september 1967 werd het orgel weer in gebruik genomen. Het werd bij deze gelegenheid bespeeld door Arie J. Keijzer.
Kurze Übersicht der Orte, an denen die Orgel gestanden hat
1766 | Utrecht | Kerk van de Heilige Martinus "Achter de Twynstraat" |
1852 | Oene | Hervormde Kerk (Sint Dionysius) |
Technische Daten
Anzahl Register pro Manual | |
- Manuaal | 9 |
- Pedaal | aangehangen |
Gesamtzahl der Stimmen | 9 |
Tastentraktur | Mechanical |
Registertraktur | Mechanical |
Windlade(n) | Slider chests |
Disposition
Manuaal (C-d'''): Prestant 8' - discant dubbelkorig, Roerfluit 8', Octaaf 4', Gemshoorn 4', Roerquint 3', Octaaf 2', Cornet III sterk (discant), Mixtuur II-III sterk, Trompet 8' (B/D) - ca. 1810.
Pedaal (C-f°): Aangehangen.
Nebenregister und Spielhilfen: Ventiel.
Gemischte Stimme | Zusammensetzung |
Cornet III sterk (discant) | c': 2 2/3' - 2' - 1 3/5'. |
Mixtuur II-III sterk | C: 1 1/3' - 1'. c': 2' - 1 1/3'. c'': 2 2/3' - 2' - 1 1/3'. c''': 4' - 2 2/3' - 2'. |
Literatur |
|
- Jan Koelewijn