Ausführliche Beschreibung der vorgewählten Orgel
Duisburg, Deutschland (Nordrhein-Westfalen) - Sankt Peterkirche (Marxloh)
Gemeinde: Duisburg
Region:Ruhrgebiet
Beschreibung nr.: 2001997.
Gebaut von: Klais Orgelbau (1938) - Opus 887
In 1938 bouwde de firma Klais het orgel met opusnummer 887. Het is gebouwd voor de Sint Peterskerk in Duisburg-Marxloh. Het instrument is in gebruik genomen met een bespeling door Ernst Kaller uit Essen. In de Tweede Wereldoorlog raakte het orgel zwaar beschadigd. Het Rückpositiv was vrijwel geheel verwoest. Het instrument werd na het herstel van het kerkgebouw weer geheel gerestaureerd. Bij deze restauratie verving Klais de Vox Coelestis 8' van het Schwellwerk door een Oktave 2'. In de jaren zestig plaatste men het Rückpositiv bovenop de zwelkast, om meer ruimte te krijgen voor de opstelling van een zangkoor. In 1973 is het orgel geheel gereviseerd en verplaatst naar het linkertransept.
Technische Daten
Disposition
Hauptwerk: Gedacktpommer 16', Prinzipal 8', Rohrflöte 8', Gemshorn 8', Oktave 4', Koppelflöte 4', Quinte 2 2/3', Flachflöte 2', Mixtur 4-6 fach (1 1/3'), Bombarde 16', Trompete 8'.
Rückpositiv: Lieblich Gedackt 8', Quintadena 8', Blockflöte 4', Prinzipal 2', Nasard 1 1/3', Sifflöte 1', Scharff 3-4 fach (1'), Krummhorn 8', Trichterregal 4', Tremulant.
Schwellwerk: Holzflöte 8', Salicional 8', Prinzipal 4', Querflöte 4', Oktave 2' - 1952, Waldflöte 2', Progressio 3-5 fach (2'), Septimzimbel 2-3 fach, Dulcian 16', Trompete 8', Tremulant.
Pedal: Untersatz 32' - akoestisch, Prinzipal 16', Subbaß 16', Zartbaß 16' - transmissie, Oktavbaß 8', Gedacktbaß 8', Choralbaß 4', Baßflöte 4', Nachthorn 2', Hintersatz 4 fach (2 2/3'), Contraposaune 32', Posaune 16', Dulcian 16' - transmissie van Schwellwerk, Baßtrompete 8' - gecombineerd met Posaune, Clarine 4' - gecombineerd met Posaune.
Koppeln: Hauptwerk - Rückpositiv, Hauptwerk - Schwellwerk, Rückpositiv - Schwellwerk, Rückpositiv - Schwellwerk 16', Pedal - Hauptwerk, Pedal - Rückpositiv, Pedal - Schwellwerk.
Nebenregister und Spielhilfen: 1 vrije pedaalcombinatie en 2 vrije manuaalcombinaties, Handregisters af, Crescendo-wals, Tongwerken af, Mixturen af.
Duisburg, Deutschland (Nordrhein-Westfalen) - Sankt Peterkirche (Marxloh)
Gemeinde: Duisburg
Region:Ruhrgebiet
Beschreibung nr.: 2001997.
Gebaut von: Klais Orgelbau (1938) - Opus 887
| Jahr | Orgelbauer | Opus | Aktivität | 1938 | Klais Orgelbau | 887 | Neubau | 1952 | Klais Orgelbau |
In 1938 bouwde de firma Klais het orgel met opusnummer 887. Het is gebouwd voor de Sint Peterskerk in Duisburg-Marxloh. Het instrument is in gebruik genomen met een bespeling door Ernst Kaller uit Essen. In de Tweede Wereldoorlog raakte het orgel zwaar beschadigd. Het Rückpositiv was vrijwel geheel verwoest. Het instrument werd na het herstel van het kerkgebouw weer geheel gerestaureerd. Bij deze restauratie verving Klais de Vox Coelestis 8' van het Schwellwerk door een Oktave 2'. In de jaren zestig plaatste men het Rückpositiv bovenop de zwelkast, om meer ruimte te krijgen voor de opstelling van een zangkoor. In 1973 is het orgel geheel gereviseerd en verplaatst naar het linkertransept.
Technische Daten
| Anzahl Register pro Manual | |
| - Hauptwerk | 11 |
| - Rückpositiv | 9 |
| - Schwellwerk | 10 |
| - Pedal | 15 (10) |
| Gesamtzahl der Stimmen | 45 (40) |
| Tastentraktur | Electropneumatic |
| Registertraktur | Electropneumatic |
| Windlade(n) | Cone chests |
| Winddruck | 95 mm (Rückpositiv), 100 mm (Schwellwerk) en 110 mm (Hauptwerk en Pedal) |
Disposition
Hauptwerk: Gedacktpommer 16', Prinzipal 8', Rohrflöte 8', Gemshorn 8', Oktave 4', Koppelflöte 4', Quinte 2 2/3', Flachflöte 2', Mixtur 4-6 fach (1 1/3'), Bombarde 16', Trompete 8'.
Rückpositiv: Lieblich Gedackt 8', Quintadena 8', Blockflöte 4', Prinzipal 2', Nasard 1 1/3', Sifflöte 1', Scharff 3-4 fach (1'), Krummhorn 8', Trichterregal 4', Tremulant.
Schwellwerk: Holzflöte 8', Salicional 8', Prinzipal 4', Querflöte 4', Oktave 2' - 1952, Waldflöte 2', Progressio 3-5 fach (2'), Septimzimbel 2-3 fach, Dulcian 16', Trompete 8', Tremulant.
Pedal: Untersatz 32' - akoestisch, Prinzipal 16', Subbaß 16', Zartbaß 16' - transmissie, Oktavbaß 8', Gedacktbaß 8', Choralbaß 4', Baßflöte 4', Nachthorn 2', Hintersatz 4 fach (2 2/3'), Contraposaune 32', Posaune 16', Dulcian 16' - transmissie van Schwellwerk, Baßtrompete 8' - gecombineerd met Posaune, Clarine 4' - gecombineerd met Posaune.
Koppeln: Hauptwerk - Rückpositiv, Hauptwerk - Schwellwerk, Rückpositiv - Schwellwerk, Rückpositiv - Schwellwerk 16', Pedal - Hauptwerk, Pedal - Rückpositiv, Pedal - Schwellwerk.
Nebenregister und Spielhilfen: 1 vrije pedaalcombinatie en 2 vrije manuaalcombinaties, Handregisters af, Crescendo-wals, Tongwerken af, Mixturen af.